- 107 -
Koffiezetten
1. Haal de filterhouder met inzet (7) uit het apparaat en doe er een passend Bartscher
papieren koffiefilter in (Art. nr. 190.013 of 190.002-250).
2. Vul het papieren filter met de gewenste hoeveelheid gemalen koffie. Gebruik 35 tot
50 gram koffie per liter water, afhankelijk van de gewenste smaak.
3. Plaats de filterhouder met inzet (7) in de geleiders en schuif hem naar achter totdat
hij vast klikt.
4. Vul het waterreservoir met de gewenste hoeveelheid koud drinkwater, maximaal
2 liter. Let ook op de toegestane minimumhoeveelheid die ongeveer 0,5 liter
bedraagt.
OPGELET!
Het waterreservoir uitsluitend vullen met vers drinkwater.
Nooit suiker, koffie, thee of koffie in de vulopening van de koffiemachine doen.
Geen melk in het reservoir gieten!
5. Zet de thermoskan (6) zonder dop zodanig op de opzetplaat (5) dat de opening van
de thermoskan zich bevindt onder de opening van de filterhouder met inzet (7) waar
de koffie uitkomt.
6. Schakel de koffiemachine in met behulp van de aan/uit schakelaar (2). Het rode
controlelampje (stroomindicator) (8) gaat branden.
7. Het koffiezetproces begint. Na een poosje begint er hete koffie in de thermoskan te
lopen.
8. De koffiemachine schakelt zichzelf automatisch uit als het koffiezetproces is afgelopen,
het rode controlelampje (8) dooft. De koffie is klaar om geserveerd te worden.
9. Haal de thermoskan (6) van de opzetplaat (5) en draai de dop op de thermoskan.
WAARSCHUWING! Gevaar voor verbranding!
Tijdens het koffiezetten ontsnapt er een kleine hoeveelheid stoom.
Haal de thermoskan voorzichtig van de opzetplaat om verbranding te voorkomen.