18
AANSLUITINGEN
■
Aansluitingen voor andere videocomponenten
• U moet uw videocomponenten op dezelfde manier aansluiten op dit toestel als uw videomonitor indien VIDEO CONV.
(zie bladzijde 64) is ingesteld op OFF. Wanneer u bijvoorbeeld uw videomonitor op dit toestel heeft aangesloten via een VIDEO
aansluiting, dient uw videocomponenten ook via VIDEO aansluitingen met dit toestel te verbinden.
• De geconverteerde videosignalen worden alleen gereproduceerd via de MONITOR OUT aansluitingen. Wanneer u iets wilt opnemen
moet u gebruik maken van hetzelfde soort video-aansluitingen (bijv. S-video) tussen alle betrokken componenten.
■
VIDEO AUX aansluitingen
(op het voorpaneel)
Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen, zoals
spelcomputers of videocamera’s, aansluiten op dit toestel.
Opmerkingen
AUDIO
DIGITAL
INPUT
COAXIAL
DTV/CBL
VIDEO
DTV/
CBL
COMPONENT VIDEO
PR
PB
Y
DTV/
CBL
IN
VCR 1
OUT
O
L
R
L
R
L
R
MONITOR
OUT
S
V
S
V
V
S
PR
PB
Y
VIDEO
S VIDEO
MONITOR OUT
Kabel TV of
satellietontvanger
DVD-recorder
of
videorecorder
Audio uitgang
Video uitgang
Optische uitgang
Audio uitgang
Video uitgang
Video ingang
Audio ingang
Beeldscherm
Video ingang
of
of
VIDEO
S VIDEO
OPTICAL
L AUDIO R
VIDEO AUX
O
V
S
L
R
Spelcomputer
of
videocamera
Video uitgang
Audio uitgang L
Audio uitgang R
Optische uitgang
S-Video uitgang