Instellen van het type accu
• Druk na het instellen van de laadstroom op de knop SELECT (2) om over te schakelen naar
het menu voor het instellen van het accutype. De basisinstelling vanaf de fabriek is LiPo.
• Om het accutype voor alle 4 de laadkanalen tegelijk in te stellen, gaat u als volgt te werk:
- Druk op de knop SETTING (7) om te wisselen tussen de verschillende accutypes. Dit kan
zo vaak als nodig is worden herhaald.
- Houd de knop SETTING (7) ingedrukt om de globale instelling voor alle 4 de laadkanalen
te bevestigen. "SAVE SETTING ..." verschijnt op het lcd-display (6) als bevestiging van
uw instelling.
• Om het accutype voor elk laadkanaal afzonderlijk in te stellen, gaat u als volgt te werk:
- Druk nogmaals op de knop SELECT (2) om het accutype voor het eerste laadkanaal
(laadkanaal 1) in te stellen. De instelcode voor de betreffende laaduitgang begint te
knipperen op het lcd-display (6).
- Druk op de knop SETTING (7) om het accutype te wijzigen. Elke verdere druk op deze
knop schakelt tussen de twee accutypes heen en weer.
- Druk nogmaals op de knop SELECT (2) om over te schakelen naar de instelling van het
volgende laadkanaal. De displays voor de uitgangen 2 tot 4 knipperen altijd afzonderlijk
om aan te geven dat de huidige laaduitgang klaar is om te worden ingesteld. Stel het
type accu in voor elke individuele laaduitgang door telkens op de knop SETTING (7) te
drukken.
- Wanneer u klaar bent met het instellen van het accutype, houdt u de knop SETTING
(7) ingedrukt tot de melding "SAVE SETTING ..." op het lcd-display (6) verschijnt. De
instellingen worden nu opgeslagen. De lader schakelt dan terug naar het stand-by-
scherm
d) De accu's aansluiten op de lader
Probeer nooit meer dan één accu per laadkanaal aan te sluiten. Dit zal de lader
beschadigen.
• Sluit voor elk laadkanaal (1-4) slechts één accu met één type stekker aan op de mogelijke
accuaansluitingen. Selecteer de juiste stekker (SM, XH, Micro, MX, JST en mCPX) voor elk
van de 4 laadkanalen en sluit zo maximaal 4 accu's aan op de lader.
• Het opladen begint na het aansluiten.
e) Laadproces
• Tijdens het laden knippert de led-indicator (3) van de actieve laadkanalen rood.
• Het lcd-display geeft afwisselend de oplaadparameters voor alle aangesloten accu's weer.
- Volgorde voor 1S LiPo/LiHV en NiMH/NiCd accu's:
Type accu > Accuspanning > Laadstroom > Accucapaciteit
- Volgorde voor 2S LiPo/LiHV accu's:
Type accu > Accuspanning > Spanning cel 1 > Spanning cel 2 > Laadstroom >
Accucapaciteit
• Zodra een accu volledig is opgeladen, wordt "FULL" weergegeven voor het betreffende
oplaadkanaal. De bijbehorende led-indicator (3) brandt dan permanent groen.
Beschermingsfuncties
a) Onder-/overspanningbeveiliging
Als de ingangsspanning op de gelijkstroomconnector minder dan 7,0 VDC is, stopt de lader
met laden. Het lcd-display toont de melding "DC Input Low".
Als u een oplaadbare accu gebruikt voor de stroomvoorziening, verwijder deze dan
zo snel mogelijk. Herlaad deze later.
Als u een voedingseenheid voor de stroomvoorziening gebruikt, controleer deze
dan op een te lage spanning of andere storingen.
Als de ingangsspanning op de gelijkstroomconnector hoger is dan 17,0 VDC is, stopt de lader
met laden. Het lcd-display toont de melding "DC Input High".
Stel onmiddellijk de juiste ingangsspanning in wanneer het bericht verschijnt of
ontkoppel de lader van de spanningsbron (accu). Langdurige overspanningen
verhogen het risico op brand of kunnen de lader vernielen.
b) Bescherming tegen omgekeerde polariteit
Als u een accu met omgekeerde polariteit hebt aangesloten, laadt de lader niet. Sluit de accu's
met de juiste polariteit aan.
c) Celoverspanning
Zodra de verzadigingsspanning hoger is dan 100 mV, stopt de lader automatisch met laden en
geeft hij een waarschuwingsbericht "OV" weer voor het betreffende kanaal.
-OV-
LiPo
LiPo
LiPo
d) Overbelasting
Als de laadstroom hoger is dan 1,20 A, stopt de lader automatisch met laden en geeft het
waarschuwingsbericht "OC" weer voor het betreffende kanaal.
Onderhoud en reiniging
Gebruik in geen geval agressieve schoonmaakmiddelen, schoonmaakalcohol of
andere chemische oplossingen, aangezien die de behuizing kunnen aantasten of
de goede werking kunnen schaden.
• Verbreek voor iedere reiniging de verbinding met de stroomvoorziening. Haal de stekker uit
het stopcontact of verwijder de gelijkstroomvoeding.
• Gebruik een droog, pluisvrij doekje voor de reiniging van het product.
• Druk bij het schoonmaken niet te hard op het oppervlak van de behuizing en het lcd-display
om krassen te voorkomen.
Verwijdering
Elektronische apparaten zijn recyclebare stoffen en horen niet bij het huisvuil.
Voer het product aan het einde van zijn levensduur volgens de geldende wettelijke
bepalingen af.
U voldoet daarmee aan de wettelijke verplichtingen en draagt bij aan de bescherming van het
milieu.
Technische gegevens
Ingangsspanning ........... 100–240 VAC / 50/60 Hz of 7–17 VDC
Uitgangsspanning ..........max. 8,7 V
Laadvermogen ...............4 x max. 7 W ± 10%
Laadstroom ....................4 x 0,1–1,0 A ± 10%
Accu-aansluitingen ........SM, XH, Micro, MX, JST, mCPX
Oplaadbare accutypes ... LiPo, LiHV, NiMH, NiCD
Bedrijfscondities ............ 0 tot +40 ºC, 0–90 % relatieve luchtvochtigheid (niet condenserend)
Opslagcondities ............. -10 tot +50 ºC, 0–95 % relatieve luchtvochtigheid
(niet condenserend)
Afmetingen (L x B x H)...122 x 68 x 42 mm
Lengte netsnoer .............1,1 m
Gewicht ..........................233 g
Dit is een publicatie van Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Alle rechten voorbehouden met inbegrip van vertalingen. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie,
microverfilming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming
van de uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden. De publicatie is een weergave van de technische stand bij het
ter perse gaan.
Copyright 2020 by Conrad Electronic SE.
*2300390_v2_1220_02_DS_m_(1)_6L
