![Tulikivi KTLU 2037 Operating Manual Download Page 20](http://html1.mh-extra.com/html/tulikivi/ktlu-2037/ktlu-2037_operating-manual_1179784020.webp)
20
1.
3.
2.
Aangeraden wordt om Tulikivi kachels niet aan te sluiten op
een gemeenschappelijk rookkanaal van meerdere kachels.
Voor wat betreft installatie, gebruik, schoorsteenvegen en
te gebruiken brandstof dienen altijd de nationale, regionale
en lokale voorschriften te worden opgevolgd.
Gebruik de kachel op zorgvuldige wijze. Sluit de schoor-
steenklep en de luchttoevoeropeningen niet te vroeg, om
de vorming van het gevaarlijke koolmonoxidegas (kolen-
damp) te voorkomen!
Ingebruikname van de kachel
DROGEN VAN DE KACHEL
Laat de kachel na de installatie 3 - 4 dagen drogen op ka-
mertemperatuur (+ 20°C), met geopende kachel- en on-
derhoudsdeur, luchtregeling en schoorsteenklep (indien ge-
installeerd).
INSTOKEN VAN DE KACHEL
Na het drogen duurt het instoken van de kachel 3 - 4 dagen.
Stook de kachel de eerste dag met een kwart vulling (ca. 1
kg) droog hout (afbeelding 1). Verbrand het hout volledig
en laat de kachel afkoelen. Stook de kachel de volgende dag
met een halve vulling (ca. 2 kg) en laat de kachel weer afkoe-
len. Stook de kachel de derde dag met een volledige vulling
(ca. 4 kg, afbeelding 4) en laat de kachel wederom afkoelen.
Daarna is de kachel ingestookt.
BRANDSTOf
In de kachel kunnen alle houtsoorten worden gestookt, als-
mede briketten op houtbasis. Gebruik alleen droog hout
(vochtgehalte 15 – 20%). Breng het hout een dag van te-
voren in een ruimte met kamertemperatuur, zodat het hout
opwarmt en het oppervlak kan drogen. Gebruik gekliefd hout
met een doorsnede van ongeveer 10 cm. De aanbevolen
lengte is 25 – 33 cm, afhankelijk van het kachelmodel. Rond
hout moet worden gekliefd.
De kachel is niet bedoeld voor het verbranden van afval. Ge-
bruik geen vloeibare brandstoffen, ook niet voor het aanste-
ken van de kachel.
AANSTEKEN EN STOKEN VAN DE KACHEL
Controleer voor het aansteken of het rooster schoon is en
de aslade niet te vol. Zet bij het schoonmaken van het roos-
ter de regelklep van het rooster in de onderhoudsstand, zo-
dat de as onbelemmerd in de aslade kan vallen. Houd tijdens
het stoken de aslade op zijn plaats en de asdeur gesloten.
Voor uw eigen veiligheid: werk nooit met hete as – laat de
as eerst goed afkoelen. Schone houtas kan als tuinbemes-
ting worden gebruikt.
Zet 5 – 10 minuten voor het aansteken de schoorsteenklep,
de luchtregeling in de kacheldeur (afbeelding 2) en in de as-
deur (afbeelding 3) volledig open en zet de regelklep van het
rooster in de stookstand. Zet ook de afzuigkap en de aircon-
ditioning uit voor u begint met het aansteken.
Indien de kachel lange tijd niet is gebruikt, controleer dan of
de schoorsteen trekt. Leg een luchtige prop papier op het
rooster, steek hem aan en sluit de kacheldeur (afbeelding
5). Wanneer de vlam helder is en recht omhoog wijst, trekt
de schoorsteen voldoende. Bij slechte trekomstandigheden
kan de lucht in de schoorsteen in beweging worden gebracht
door met een haardroger of heteluchtblazer warme lucht
door het veegluik te blazen of door in het veegluik onderin
de kachel wat papier te verbranden.
De maximale hoeveelheid hout die per stookbeurt in de ka-
chel kan worden verbrand bedraagt ca. 0,8 kg/100 kg ka-
chelmassa. In een kachel met een gewicht van bijvoorbeeld
1000 kg kan dus maximaal 8 kg hout per stookbeurt worden
verbrand. Het hout kan in 2 – 3 vulligen worden verbrand,
afhankelijk van het kachelmodel. In de tabel op de achterzijde
van de gebruiksaanwijzing zijn de houthoeveelheden en aan-
bevolen vullinghoeveelheden per model weergegeven. Indien
u een speciaal model kachel hebt, gebruik dan houthoeveel-
heden overeenkomstig de bovengenoemde richtlijn.