
98
Duiken met de XP AIR
3 Voorbereiden op de Duik
3.1 Het gasmengsel en de MOD instellen
Waarschuwing
! Voor iedere duik, oftewel na het wisselen van fles, dient u na te gaan of de
instellingen van de XP AIR overeenkomen met het gasmengsel dat u gaat
gebruiken. Een onjuiste instelling leidt tot verkeerde berekeningen van de XP
AIR, met gevaarlijke gevolgen. Als uw ingestelde percentage te laag is, kunt
u plotseling en zonder waarschuwing zuurstofvergiftiging krijgen. Bij een te
hoog percentage loopt u kans op decompressieziekte. Onjuistheden in de
berekeningen hebben gevolgen voor alle volgende herhalingsduiken.
Om het gasmengsel in te kunnen stellen moet de XP AIR zich in de normale gebruiksstand bevinden.
1. Overbrug contacten B en + totdat het symbool voor het instellen van
het zuurstofpercentage verschijnt.
2. Bevestig uw keuze door B en E te overbruggen.
3. Verander het zuurstofpercentage in stappen van 1% door contacten
B en + of B en – te overbruggen. De XP AIR toont u het huidige
zuurstofpercentage, de maximale partiële zuurstofdruk (ingesteld
met de Dive.Log) en de MOD.
4. Bevestig het zojuist ingestelde zuurstofpercentage met B en E.
5. Door B en + of B en – te overbruggen kunt u de MOD van een
bepaald zuurstofpercentage veranderen. De XP AIR zal nu de
corresponderende maximale partiële zuurstofdruk voor de nieuwe
MOD weergeven.
6. Bevestig de gekozen MOD met B en E.
F
• Als u de O
2
-Mix functie na 3 minuten inactiviteit automatisch
verlaat, zullen veranderingen aan de instellingen niet worden
opgeslagen.
• De tijd waarna het zuurstofpercentage automatisch
teruggezet wordt op 21%, kan met behulp van de Dive.Log
software ingesteld worden tussen 1 en 48 uur, of op “no
reset” gezet worden (standaard instelling).
3.2
Het MB-niveau instellen
Zie hoofdstuk V op pagina 109
3.3 Voorbereiding op een duik en veiligheidscontrole
Bij de volgende procedures gaan we er vanuit dat de zender correct is gemonteerd op de hogedrukpoort
van uw automaat (->92) en dat deze gekoppeld is aan de XP AIR ->93.
1. Monteer de ademautomaat op de fles.
2. Controleer eventueel de reserve van uw kraan. Als u een kraan met
reserve gebruikt moet deze gedurende de gehele duik open
(getrokken) blijven.
3. Zet de XP AIR aan (B-E) en controleer het display. Zijn alle
segmenten van het LCD zichtbaar? Gebruik de XP AIR nooit als
delen van het display niet oplichten.
4. Open de kraan van de fles (de zender activeert automatisch) en controleer
na ongeveer 10 seconden de flesdruk. Als de flesdruk ontoereikend is
voor de geplande duik dient u een andere fles te gebruiken.
5. Controleer alle aansluitingen en afdichtingen op lekkages. Duik nooit
met lekkende apparatuur!
%
+
–
…
…
O
2
% in
mengsel
ppO
2
max.
Maximale veilige diepte (MOD)
%
+
–
ppO
2
max.
Diepte MOD
CNS O
2
%
NO
NO
DECO STOP
NO STOP
LEVELSTOP
%