183
7 R EINIGING
7.1 Koeleenheid
i
Koeleenheid en Mondstuk moeten
vrij zijn van afzettingen. Deze wor-
den veroorzaakt door dampcon-
dens in de Koeleenheid. Controleer
daarom de Koeleenheid en het
Mondstuk voor elk gebruik.
i
Reinig de Koeleenheid inclusief
het mondstuk regelmatig en bij ge-
bruik door meer dan één persoon.
Hygiëne is een voorwaarde voor
een goede werking.dens in de Koe-
leenheid.
7.1.1 Productoverzicht
7.1.2 Demontage
i
Een verwarmde Koeleenheid is ge-
makkelijker te demonteren omdat
het condensaat van de stoom plak-
kerig kan zijn.
1
Dekselvergrendeling
2
Mondstuk
3
Afdichting Mondstuk
4
Koeleenheiddeksel
5
Bodemafdichtring klein
6
Koeleenheidbodem
7
Bovenste Zeef (grof maaswijdte)
8
Bodemafdichtring groot
X
Trek de dekselvergrendeling naar
het Mondstuk toe.
X
Trek de Koeleenheiddeksel van de
Verdamper.
X
Trek het Mondstuk uit het deksel
van de Koeleenheid door het licht
heen en weer te bewegen.
X
Verwijder de Afdichtring
Mondstuk.
1
2
4
5
8
7
6
3
de
en
fr
es
it
nl