28/78
-
Wanneer de luchtvochtigheid in de omgeving hoger is dan 95%, geeft
het 95.
1.
Het stroomindicatielampje brandt als het apparaat is aangesloten,
ongeacht of het apparaat in bedrijf is of niet.
2.
Druk op de
om het apparaat aan te zetten. Druk opnieuw om de
werking te stoppen.
3.
Druk op deze knop
om de gewenste ventilatorsnelheid in te
stellen.
4.
Druk op de
om het gewenste vochtigheidsniveau in de ruimte in
te stellen, dat in stappen van 5 % van 40 tot 80 % kan worden
aangepast. Wanneer de luchtvochtigheid in de ruimte 2% lager is dan
de gekozen luchtvochtigheid, stopt de compressor en draait de
ventilator 3 minuten later niet meer; wanneer de luchtvochtigheid in de
ruimte 2% of meer lager is dan de gekozen luchtvochtigheid, start de
compressor weer op nadat de compressorbeschermingtijd van 3
minuten is verstreken.
5.
Druk op de
om de tijd te programmeren waarop het apparaat
wordt in- en uitgeschakeld. Als u de timerprogrammering wilt
annuleren, drukt u op de toets om de tijd in te stellen op 00, en drukt
u nogmaals op de toets,dan zal het toestel van 00-01-02 tot 23-24
doorlopen.dit is de tijd die geprogrammeerd is om het toestel in te
schakelen. De ingestelde tijd blijft onveranderd als de machine stopt
met werken door een volle watertank of tijdens het ontdooien.
HET VERZAMELDE WATER LEEGMAKEN
Wanneer het waterreservoir vol is, gaat het indicatielampje van het reservoir
vol aan, stopt de luchtontvochtiger automatisch en geeft de zoemer 15
pieptonen om de gebruiker te waarschuwen dat het water uit het reservoir
moet worden geleegd.