![Riello 40 FS20 Installation, Use And Maintenance Instructions Download Page 61](http://html1.mh-extra.com/html/riello/40-fs20/40-fs20_installation-use-and-maintenance-instructions_1459953061.webp)
20014622
11
NL
-
Sluit de roosters aan de voorkant en de
zijkant, monteer daarvoor de metalen platen
met de schroeven en de moeren die u in de kit
vindt, (zie B - C, afbeelding 14 - 15).
Een buisje om de lucht naar de brander te leiden
kan op de luchtpijp bevestigd worden met een
metalen strook, die niet met het standaardmateri-
aal geleverd wordt.
gebruik een buistussenstuk van 100 tot 150 mm (niet bijgeleverd in de kit) wanneer u een buis
met 150 mm diameter gebruikt.
AANTEKENINGEN:
-
Tracht altijd de lengte van de luchtopeningbuis zo kort mogelijk te houden.
-
Maak de buislengte 3 m korter voor elk 90° kniestuk, 1,5 m voor elk 45° kniestuk.
-
Maak de buislengte 2 m korter bij gebruik van een buistussenstuk van 100 tot 150 mm.
-
De ontluchtingsgaatjes van de luchtopening moeten op 3 m van de luchtopeningbron geïsoleerd
worden om condensvorming of corrosie van de ontluchtingsgaatjes van de luchtopening te
voorkomen.
-
Gebruik een goedgekeurd type luchtopeningvacuümklep en installeer hem in dezelfde kamer als
de brander. Dit toestel moet getest worden zodat u kunt vaststellen of de balanceerinrichting van
de vacuümklep correct ingesteld is en in geval van blokkering van de bron van luchttoevoer
genoeg verbrandingslucht voor de brander kan voorzien. Als de kamer waar de brander geïnstal-
leerd is niet genoeg lucht kan leveren of als de luchtkwaliteit een probleem is, moet in die kamer
een extra bron van toegevoerde lucht voorzien worden.
-
Gebruik aan de buitenzijde van de muur een goedgekeurde kap voor luchttoevoer, plaats hem
hoger dan de hoogte die de sneeuw gewoonlijk bereikt en op zodanige wijze dat bladeren en/of
ander afval de luchtstroom niet kunnen hinderen. Raadpleeg de plaatselijke normen voor de juiste
ligging van de luchtopening.
Als u deze kit gebruikt, kunnen de in-
stellingen van de branderkop en van de
luchtklep variëren naargelang de len-
gte van het tussenstuk van de luchto-
peningbuis.
Gebruik een verbrandingsanalyseap-
paraat om te controleren of de hoeve-
elheid CO
2
in de rook niet meer
bedraagt dan de waarden in de tabel
op pagina 7.
OPGELET
14
B
15
C