NL9
N
e
d
e
rl
a
n
d
s
Bijlage A2 - A4
•
De MoveControl kan niet aan het chassis ge-
monteerd worden.
- De MoveControl is standaard uitgerust voor
mon
tage aan een standaard-chassis. Op aan-
vraag zijn extra adapters verkrijgbaar
•
Het reservewiel verhindert de inbouw van de
MoveControl.
- Reservewieldrager door middel van de
optionele adapter verplaatsen.
•
De MoveControl verwringt zich zeer sterk.
- Indien de verbindingsas niet min. 300 mm in
het frame zit, dient u een langere verbindingsas
te gebruiken.
- De minimum framedikte dient in acht genomen
te worden (zie Afb. 8.1, maat C ). Eventueel
dient een
optionele
frameversterking
gemonteerd te worden.
•
De
MoveControl
kan
niet
met
de
afstandsbediening ingeschakeld worden.
- De hoofdschakelaar is niet ingeschakeld.
- De afstandsbediening is niet met het
basisstation gesynchroniseerd.
- De accuspanning is te laag.
•
De aandrijfrol slipt door op de band.
- De afstand tussen aandrijfrol en band is
veranderd. De afstand dient 15-20mm te zijn.
-Bandenspanning controleren en eventueel
aanpassen.
•
Tijdens het rangeren stottert het voertuig.
- De accuspanning c.q. accucapaciteit is te laag.
Het minimale vermogen van de accu dient 50
Ah voor enkelasser en 75 Ah voor dubbelassige
aanhangers te bedragen.
- De batterijen van de afstandsbediening zijn
leeg. Batterijen vervangen.
- Voer de antenne van het basisstation door de
deksel naar buiten.
-
Het
antennesignaal
wordt
door
bijv.
magnetische velden gestoord. De antennekabel
van het basisstation verticaal door de deksel
voeren. Daarbij mag de kabel niet met
metaaldelen in aanraking komen. Eventueel
aanwezige raamrolgordijnen die voorzien zijn
van een aluminium laag, volledig omhoog
draaien.
•
De MoveControl rijdt in tegenovergestelde
richting
van
de
symbolen
op
de
afstandsbediening.
-
De
elektronica
is
niet
volgens
het
aansluitschema aangesloten.
•
De MoveControl trekt naar één zijde tijdens het
rangeren.
- De kabels van de aandrijfmotoren zijn niet
even lang.
- De afstand van de aandrijfrol ten opzichte van
de banden is aan beide zijden niet parallel.
- De bandenspanning resp. gewichtsverdeling is
verschillend.
•
U kunt de MoveControl ook voor het
aankoppelen aan uw trekvoertuig gebruiken.
•
Voordat u met het trekvoertuig wegrijdt, altijd
eerst
controleren
of
de
aandrijfrollen
afgekoppeld zijn (Afb. 3.4 = OFF).
•
Gebruik
voor
stoepranden
of
andere
soortgelijke obstakels, wielkeggen.
•
Bewaar
de
afstandsbediening
en
deze
documentatie op een droge plaats.
•
De MoveControl is met een elektrische
overbelasting beveiliging uitgerust en schakelt
bij overbelasting automatisch uit.
•
Indien de afstandsbediening of het basisstation
vervangen wordt, moet een synchronisatie
worden uitgevoerd (Bijlage A1).
•
Indien nodig, vervangt u de batterijen van de
afstandsbediening (Afb. 2.2).
A3
Opmerkingen en tips
•
Laat bij uw MoveControl een keer per jaar het
navolgende onderhouden en een zichtcontrole
uitvoeren:
- reinigen van het gehele rangeersysteem.
- alle beweegbare scharnieren en delen met
een geschikt smeermiddel insmeren, bijv.
Siliconenspray.
- de afstand van de aandrijfrollen ten opzichte
van de banden, alsmede de bandenspanning
controleren.
- Zichtcontrole van de bekabeling en de elektri
sche aansluitingen op losgelaten verbindingen
of beschadigingen.
- Controleren accuspanning.
•
Controleer voor iedere rit of het rangeersysteem
vrij is van vuil, zand en takken.
•
In geval van storingen wendt u zich aan uw
dealer.
A4 FAQ‘s
A2 Onderhoud