113
Bij grotere afwijkingen moet de borgmoer (11) van de betrokken servohefboom worden uitgedraaid, de servohefboom
naar boven worden weggenomen en “per inkeping” verdraaid in de juiste positie worden geplaatst en aangedraaid.
Let op!
Verricht deze handeling echter alleen als de ontvanger uitgeschakeld is!
c) Montage van de vleugels
• Plaats de draagvlakken (1) op de romp en schuif de
beide houdbouten (zie afb. 6, pos. 5) voorzichtig in de
aanwezige openingen aan het achterste uiteinde van
de rompuitsnijding (2).
• Schuif de draagvlakken zo ver naar achter, dat de
voorkant van de draagvlakverbindinsstukken (3) naar
beneden in de uitsnijding van het draagvlak kan wor-
den gedrukt.
• Lijn het vlak in een rechte hoek t.o.v. de romp uit. De
beide afstanden ‘A’ moeten hierbij dezelfde lengte
hebben.
Ook moeten de afstanden van de draagvlakpunten
eenzelfde afstand ‘B’ vertonen tot de onderzijde.
• Aansluitend worden de beide draagvlakken met de bei-
de 2,5 x 24 mm schroeven (4) aan de romp bevestigd.
Let op!
Omdat de draagvlakken alleen nog geen voldoende
stabiliteit vertonen, mag u het model in deze
toestand niet op de rug leggen.
Eerst moeten de draagvlakstijlen worden
gemonteerd, zie het volgende deel.
A
A
A=A
B=B
B
B
Afb. 8
Summary of Contents for 20 55 11
Page 130: ...130 ...
Page 131: ...131 ...