88
EASY 200-300,
NEDERLANDS
1.0 Algemene veiligheidsinstructies en besturingsrestricties
Fig. A
De techniek en constructie van deze rolstoel zijn ontworpen
voor het bieden van maximale veiligheid. Aan de momenteel
van kracht zijnde internationale veiligheidsnormen is voldaan
en zij zijn overtroffen. Toch kunnen gebruikers zichzelf in
gevaar brengen door onjuist gebruik van hun rolstoel. Voor uw
eigen veiligheid moeten de volgende regels absoluut worden
opgevolgd.
Onprofessionele of foutieve aanpassingen of instellingen
kunnen de kans op ongelukken vergroten. Als rolstoelgebruiker
maakt u, net als andere weggebruikers, deel uit van het
dagelijkse verkeer op straten en trottoirs. Wij herinneren
u er aan dat u daardoor ook onderworpen bent aan alle
verkeerswetgeving.
Wees voorzichtig tijdens uw eerste rit in deze rolstoel. Leer uw
rolstoel kennen.
Voor elk gebruik, moet het volgende worden gecontroleerd:
• Quick release assen op de achterwielen
• Velcro op de zittingen en rugleuningen
• Banden, bandendruk en parkeerremmen.
Alvorens aanpassingen van deze rolstoel te wijzigen,
is het belangrijk het bijbehorende deel van de
gebruiksaanwijzing te lezen.
Het is mogelijk dat de rolstoel door kuilen of oneffen
oppervlakken kan kantelen,
in het bijzonder wanneer heuvel op of af
wordt gereden. Wanneer over een trede of helling op wordt
gereden, moet het
lichaam naar voren zijn gebogen.
GEVAAR!
Overschrijd NOOIT de maximale belasting van 140 kg
voor bestuurder plus voorwerpen die op de rolstoel worden
meegenomen. Let op de informatie betreffende gewichten
voor de lichtgewichtopties. Deze worden apart vermeld. Als u
de maximale belasting overschrijdt, kan dit leiden tot schade
aan de stoel, of u kunt omvallen of omkantelen, de controle
verliezen, wat ernstig letsel aan de gebruiker en andere
personen tot gevolg kan hebben.
GEVAAR!
•
Alleen permanent ingestelde stoelen en veiligheidsgordels
bieden voldoende bescherming in gevaarlijke situaties.
•
Om vallen en gevaarlijke situaties te voorkomen, is het
verstandig om eerst met uw nieuwe rolstoel te oefenen op
een vlakke ondergrond, bij goed zicht.
•
Deze rolstoel mag alleen worden gebruikt om één persoon
per keer te vervoeren. Iedere andere manier van gebruik
komt niet overeen met het bedoelde gebruik.
•
Gebruik de voetplaten niet als u in of uit de rolstoel stapt.
Deze moeten van tevoren omhoog worden geklapt en zo
ver mogelijk naar buiten worden gedraaid.
•
Afhankelijk van de diameter en instelling van de
zwenkwielen evenals de instelling van het zwaartepunt
van de rolstoel, kunnen de zwenkwielen op hoge snelheid
beginnen te trillen. Hierdoor kunnen de zwenkwielen
geblokkeerd raken en kan de rolstoel omkantelen. Zorg er
daarom goed voor dat de zwenkwielen goed zijn aangepast
(zie het hoofdstuk "Zwenkwielen").
•
Rijd met name niet op een helling zonder remmen en rijd
op lage snelheid.Dit product is getest tot een maximale
snelheid van 10 km/u. Bij hogere snelheden, afhankelijk van
de uitvoering en/of de lichamelijke constitutie en de fysieke
capaciteiten van de gebruiker, kunnen de zwenkwielen
onverwachts wiebelen. Dit kan leiden tot letsel bij de
gebruiker.
•
Onderzoek het effect van het veranderen van het
zwaartepunt op het gedrag van de rolstoel op bijvoorbeeld
hellingen of wanneer u obstakels neemt. Doe dit met
de hulp van een begeleider. We raden aan dat nieuwe
gebruikers anti-tip gebruiken.
•
Met anti-tip kan de stoel niet onbedoeld achterover
kantelen. Ze mogen in geen geval de transitwielen
vervangen en gebruikt worden om een persoon in een
rolstoel te vervoeren als de achterwielen zijn verwijderd.
•
Met extreme instellingen (bijv. achterwielen in de voorste
positie) en minder dan perfecte houding, kan de rolstoel
zelfs op een effen oppervlak omkantelen.
•
Leun met uw bovenlichaam naar voren als u hellingen en
opstapjes opgaat.
•
Leun met uw bovenlichaam verder naar achteren, wanneer
u van een helling of afstapje afgaat.
•
Hang geen zware voorwerpen, zoals boodschappentassen
of rugzakken, aan de duwhandvatten, hoofdsteun of
rugleuning van de rolstoel.
•
Hierdoor kan het zwaartepunt van de rolstoel veranderen
en ontstaat het risico op achterover kantelen.
•
Wanneer u naar voorwerpen (die zich voor, aan de zijkant
of achter de rolstoel bevinden) reikt, zorg er dan voor dat u
niet te ver uit de rolstoel leunt, want als u het zwaartepunt
verandert, bestaat het gevaar dat u omkantelt of omver rolt.
•
Gebruik uw rolstoel alleen voor het daarvoor bestemde
doel. Bijvoorbeeld, probeer niet tegen een voorwerp op
te rijden zonder te remmen (opstapje, trottoirrand) of
verschillen in afstapjes.
•
Gebruik geen trappen zonder de hulp van een begeleider.
Er bestaan middelen om u te helpen, bijv. hellingen op
te gaan of de lift te gebruiken. Wij raden u aan deze te
gebruiken. Als deze middelen niet beschikbaar zijn, dan
moet de rolstoel worden gekanteld en over de treden
worden geduwd (2 begeleiders).
•
Over het algemeen moeten anti-tip wielen vooraf
zodanig worden ingesteld dat ze de treden niet kunnen
raken, omdat dit tot een ernstige val zou kunnen leiden.
Naderhand moeten de anti-tip wielen weer in de oude
positie worden teruggebracht.
•
Zorg ervoor dat de begeleider de rolstoel alleen aan
stevig bevestigde onderdelen vasthoudt (bijv. niet aan de
voetsteunen of zijbescherming).
•
Wanneer u de rolstoellift gebruikt, dient u ervoor te zorgen
dat de aangebrachte anti-tip wielen buiten de gevarenzone
zijn geplaatst.