Om een veilige werking te garanderen moet deze machine met twee
handen gebruikt worden. De machine mag niet gebruikt worden
wanneer men op een ladder of trapje staat.
Indien deze machine op een bepaalde hoogte wordt gebruikt,
dan moet gebruik gemaakt worden van een steiger met reling en
voetensteun, of van een torenplatform, zodat voldoende stabiliteit
wordt gegarandeerd.
Zorg ervor dat boorpunten, beitelpunten of andere punten geslepen
zijn en zich in goede staat bevinden. Dit verbetert de snede, reduceert
de belasting en zal de machine en de accessoires een langere
levensduur garanderen.
Probeer niet, op welke wijze ook, de machine te wijzigen. Geen
extreme krachten op de machine uitoefenen.
Draag een goedgekeurde bescherming biedende veiligheidsbril,
een gelaatsmasker en gehoorbescherming. Bovendien moet een
veiligheidshelm worden gedragen, met name wanneer op trappen of
platformen wordt gewerkt.
Forceer de beitel niet omdat deze dan te diep in het werkstuk dringt
en het dan moeilijk kan zijn om hem los te trekken. Het is beter om op
metselwerk, beton of bakstenen kleine delen per keer weg te nemen.
Gebruik de boorpunt of de beitel nooit als hendel.
Dit beschadigt zowel de machine als de punt.
Niet proberen de werkwijze (slagboor, beitel en normaal) te
veranderen, terwijl de motor in werking is. Hierdoor gaat het interne
raderwerk stuk.
Gebruik dit gereedschap niet met accessoires voor het mengen
van mortel, cement of pleister, of voor ongeacht welke andere
mengwerkzaamheden.
SPECIFIEKE INSTRUCTIES VOOR DE ONGEVALLENPREVENTIE
LIJST VAN DE COMPONENTEN (FOTO 1)
1
Spil
6
Knop voor continue werking
2
Handgreep
7
On/Off-werking
3
Keuzeschakelaar hamerwerking
8
Dieptekaliber
4
Keuzeschakelaar rotatierichting
9
Sleutel van de spil
5
Elektronische snelheidsregelaar
BEGINNENDE HANDELINGEN (FOTO 2)(2.1)
Start en stilstand van de boormachine
Dit gereedschap is uitgerust met een «schakelaar voor continue
werking». Om het apparaat te starten moet op de On/Off-trekker
worden gedrukt. Wanneer het gestart is, moet op de schakelaar voor
de continue werking worden gedrukt, die zich naast de handgreep
bevindt, en moet de trekker worden losgelaten. Op dit punt werkt de
boormachine continu en zonder dat de trekker ingedrukt moet worden
gehouden. Om de werking te stoppen moet kort op de trekker worden
gedrukt, en daarna worde losgelaten.
Instelling van de snelheid (foto 2)
Door licht op de trekker te drukken gaat de boormachine van start bij lage
snelheid, zodat de perforatie voorzichtig plaatsvindt en gecontroleerd kan
worden. Door de trekker verder in te drukken neemt de snelheid toe.
De gewenste snelheid kan vooraf gekozen worden met behulp van het
gekartelde wieltje (2.2) (dit is ook tijdens de werking mogelijk).
De te gebruiken rotatiesnelheid is afhankelijk van het materiaal dat
men wenst te boren.
Wijziging van de rotatierichting (foto 2)
Zet de hendel van de rotatierichting (2.3) op F (Forward, dus met
de wijzers van de klok mee) of op R (Reverse, dus tegen de wijzers
van de klok in).
Houd er rekening mee dat de hendel van de rotatierichting geblokkeerd
is wanneer de on/off-schakelaar geactiveerd is.
De achterwaartse werking, of tegen de wijzers van de klok in, maakt het
mogelijk schroeven los te draaien of te verwijderen.
N.B.
de rotatierichting
niet veranderen wanneer de boormachine in werking is.
Normaal boren en slagboren (foto 3)
Zoek de keuzeschakelaar op die zich op het hoge gedeelte van het
hoofddeel van de boormachine bevindt (foto 3). Draai eenvoudig aan
de keuzeschakelaar om het symbool van de boormachine of van de
hamer uit te lijnen met de pijl op de ombouw van de boormachine.
Keuze van de punt
Om beton, steen of baksteen te boren zijn punten van tungsteencarbide
nodig. De beste resultaten worden verkregen met punten met een
applicatie van tungsteencarbide. Om metaal en hout te boren moeten
alleen punten van snelstaal (HSS) worden gebruikt die zich in goede
staat bevinden. Speerpunten en centreerpunten worden alleen
gebruikt voor het boren van hout, enz.
Activering van de spil (foto 5)
Plaats de boorpunt in de spil van de boormachine of de schroevendraaier
(A). Controleer of de punt gecentreerd is en draai aan de externe ring
van de spil, tot deze de punt vastkoppelt. Oefen steeds in dezelfde mate
kracht uit en span de spil met behulp van de drie gaten en de daarvoor
34
NL
Summary of Contents for NHD1050
Page 5: ...5 1 8 2 3 4 5 7 1 9 6 NHD710 NHD1050 NHD860 NHD500 ...
Page 100: ...100 ...
Page 101: ...101 ...
Page 102: ...102 ...
Page 103: ...103 ...