70
MONTEREN
VAN DE FRONTALE MAAIBALK
Bevestiging aan de tweewielige
trekker
De maaibalk wordt aan de tweewielige
trekker bevestigd door middel van de
snelkoppeling.
Instellen van de maaihoogte van de
maaibalk
Om te maaien op oneffen terrein is het
noodzakelijk om de maaihoogte van
de maaibalk op de volgende wijze in te
stellen:
- Draai moer (1) los.
- Breng de slede (2) in gewenste
positie.
- Zet de moer (1) weer vast.
- Stel beide sleden op deze wijze in.
Instellen van de meshouder
- Draai de
fi
xeerschroeven (3) los.
- Regel instelschroef (4).
- Zet de
fi
xeerschroeven weer vast.
N.B.
Voor een goed functioneren van de
machine dient er niet al te veel wrijving te
bestaan tussen meshouder en mes.
Vervangen van het maaimes
- Draai de schroeven los (5).
- Neem meskop (6) weg.
- Trek het mesblad uit
Voor het hermonteren dienen de
handelingen in omgekeerde volgorde
uitgevoerd te worden.
O N D E R H O U D M A A I B A L K M E T
DRIJFSTANG-SLINGERBEWEGING
Bij ieder gebruik van de maaibalk
dienen de smeerpunten 7 en 8 ingevet
te worden.
GELUIDSPRODUCTIE
Maximum gemeten continue geluidsvorming
MODEL
1 + 1
2 + 2
TWEEWIELIGE TREKKER
77,7 dB (A)
80,8 dB (A)
MAAIER
83 dB (A)
84,9 dB (A)
MODEL
1 + 1
2 + 2
TYPE MOTOR
HONDA G X 160/TECUMSEH
INTERMOTOR LGA 225
TOERENTAL BIJ PROEFDRAAIENA
3050
VTRILLINGEN OP DE STUURHENDELS Metingen verricht volgens ISO 5349
MODEL
1+1
2+2
TWEEWIELIGE TREKKER
4,5
m/s
2
4,5
m/s
2
MAAIER
13,4
m/s
2
13,4
m/s
2
FIG.21A