Klantenservice · Installatie
NL
77
■
Indien het toestel niet (goed) werkt
Indien de microgolfoven helemaal niet of niet naar behoren werkt:
1. Controleer of de stekker van het toestel goed is ingestoken. Zo niet, verwijder dan de stekker
uit het stopcontact, wacht 10 seconden, steek hem weer in en controleer of de stekker stevig
vastzit.
2. Controleer of er een zekering is gesprongen of een stroomverbreker is ingeschakeld. Indien
dat niet het geval is, controleer dan of het stopcontact naar behoren werkt door er een ander
toestel op aan te sluiten.
3. Controleer of het toestel niet is geprogrammeerd en of de tijdschakelaar is ingesteld.
4. Controleer of de deur goed is gesloten en de deur vergrendeld is.
Indien dat niet het geval is, zal de microgolfoven niet opwarmen.
Indien u het probleem niet kunt verhelpen aan de hand van de bovenstaande suggesties, neem
dan contact op met een erkend servicetechnicus. Probeer de oven of onderdelen daarvan niet
zelf te repareren of bij te stellen.
■
Installatie
1. Zorg ervoor dat alle verpakkingsmaterialen aan de binnenkant van de deur zijn verwijderd.
2 Opgepast: Controleer of het toestel nergens beschadigd is. De deurafdichting en afdichtings-
oppervlakken mogen niet beschadigd zijn. De scharnieren en vergrendelingen mogen niet
kapot zijn of los zitten. Er mogen geen deuken in de deur of in de binnenruimte van het toestel
zitten. Indien u enige beschadiging of afwijking constateert, gebruik de microgolfoven dan niet
en neem contact op met een erkend servicetechnicus.
3. Deze microgolfoven dient op een vlakke, stabiele ondergrond te worden geplaatst die het
gewicht van het toestel en het zwaarste voorwerp dat in het toestel zal worden geplaatst,
kan dragen.
4. Zet de microgolfoven niet op een plek waar hitte, vocht of een hoge luchtvochtigheid de
werking van het toestel kunnen beïnvloeden. Plaats het toestel niet in de buurt van brandbare
materialen.
5. Voor een correcte werking, dient de microgolfoven voldoende ventilatie te hebben.
Zorg ervoor dat er boven het toestel 20 cm ruimte is; aan de achterkant en aan beide
zijkanten volstaat 10 cm respectievelijk 5 cm voor een goede ventilatie. Zorg ervoor
dat de ventilatieopeningen van het toestel niet worden afgedekt of geblokkeerd.
Neem de voetjes niet van het toestel.
6. Gebruik de microgolfoven alleen wanneer het glazen draaiplateau, de houder van het glazen
draaiplateau en de draaias correct zijn geplaatst.
7. Controleer of het netsnoer onbeschadigd is, onder de microgolfoven doorloopt of op een heet
of scherp oppervlak steunt.
8. Het stopcontact moet goed toegankelijk zijn, zodat de stekker van het toestel in een
noodgeval snel kan worden uitgetrokken.
9. Gebruik de microgolfoven niet buiten.
Manual 8551_multi 13.11.2003 23:27 Uhr Seite 77
Summary of Contents for MD 8551
Page 20: ...20 Notizen...