56
AUTOMIG BESTURINGSPANEEL
Selectie van de materiaalsoort
Druk de -knop in todat de indicator voor het
gewenste materiaal is ingeschakeld is.
Selectie van de draaddiameter
Druk de -knop in totdat de indicator bij de
gewenste diameter ingeschakeld is.
Niet alle draaddiameters kunnen voor alle
materialen gebruikt worden.
Resetten naar de fabrieksinstelling:
De fabrieksinstelling voor het geselecteerde draad-
diameter zal herladen worden door de knop in te
drukken totdat de indicator kort oplicht.
Stroomsterkte/draadsnelheid/materiaal-
dikte:
Wanneer de machine niet last, wordt de
ingestelde stroom/draadsnelheid/materiaal-
dikte getoond.
De gemeten stroomsterkte
wordt tijdens het lassen weergegeven.
Materiaaldikte:
De functie helpt het aanpassen van de lasstroom aan
de materiaaldikte (in mm). Wanneer de materiaaldikte
wordt geselecteerd wordt automatisch de instelling
van de lasstroom berekend. Hierna kan de lasstroom
verder worden aangepast. Deze functie kan worden
gezien als een startpunt bij de selectie van de juiste
lasstroom en spanning. Een fijnafstelling van deze
parameters is echter bijna bij elke lasklus aan te
raden, om een zo optimaal mogelijk resultaat te
verkrijgen.
Booglengte
Indien nodig, kan de booglengte door
middel van de spanning fijn geregeld
worden. De gemeten spanning wordt tijdens het
lassen getoond.
Druk de
-knop in en regel van –9,9
tot +9,9.
Besturingsknop
Deze knop wordt gebruikt om de
lasstroom, draadsnelheid, materiaaldikte,
booglengte en secundaire parameters in te
stellen. Max. draadsnelheid is 18,0 m/min.
Afstellen van secundaire parameters
Druk de besturingsknop net zolang in totdat
de gewenste parameter getoond wordt. Om
terug te gaan naar het standaard display moet
de drukknop voor booglengte of stroom/
draadsnelheid/materiaaldikte kort ingedrukt
worden.
Boogkarakteristiek:
Boogkarakteristiek (elektronische smoorspoel)
maakt het mogelijk om de snelheid op het
reageren van de kortsluitingen in te stellen. Boog-
karakteristiek kan ingesteld worden in stappen van
-5,0 tot + 5,0.
Gasvoorstroom:
De gasvoorstroom zorgt ervoor dat de boog
volledig beschermd wordt van de omgevings-
lucht voordat de boog wordt ontstoken. De gasvoor-
stroomtijd is de tijd waarin de toortsschakelaar ge-
activeerd wordt totdat de draadaanvoer start. De gas-
voorstroomtijd kan ingesteld worden tussen de 0.0
sec. en 10.0 sec.
Softstart:
Softstart verbetert de startkarakteristiek. Hier-
mee wordt de snelheid waarmee de draad
moet starten ingesteld. De snelheid wordt ingesteld
tussen 1,5-18,0 m/min. De softstartfunctie is uit-
geschakeld wanneer - - - getoond wordt.
Summary of Contents for AUTOMIG 223i
Page 4: ......
Page 92: ...92 AUTOMIG i ...
Page 95: ...95 ...
Page 96: ...96 TRÅDFREMFØRING WIRE FEED UNIT DRAHTVORSCHUBEINHEIT DISPOSITIF DE GUIDAGE DE FIL ...
Page 98: ...98 ...
Page 99: ... ...