Metos B130C, User Manual

Page: 100 / 106

9
71504185-0-00
NL
/cm bij een omgevingstemperatuur van 25° C .
- de machine uit de buurt van warmtebronnen staat en op een
goed geventileerde plaats (fig.6).
I
Sluit alleen aan op het drinkwaternet (Fig. 5)
5. Zorg voor wateraansluitingen vóór de elektrische aansluitin-
gen.
6. Sluit de bijgeleverde 3/4” toevoerslang aan op de machine
en op de koude drinkwaterleiding.
Voor het gemak en de veiligheid is het raadzaam een afsluit-
kraan aan te brengen, die niet door ons geleverd wordt (fig.7:
1. schakelaar; 2. stopcontact; 3. stekker; 4. watertoevoer; 5.
kraan; 6. waterafvoer van de condensor: watergekoelde versie;
7 waterafvoer uit de tank; 8 waterafvoer met open sifon).
7. Bevestig de bijgeleverde flexibele slang met een binnendia -
meter van 20 mm en een geschikte lengte (niet meer dan een
meter vanaf de machine) aan de waterafvoeraansluiting van de
machine om de afvoerbak te bereiken
- Als het voedingswater veel onzuiverheden bevat, wordt aan -
geraden om op de waterleiding stroomopwaarts van het appa-
raat een filter te installeren.
- Als het water bijzonder hard is, dat wil zeggen rijk aan minera -
len en hun derivaten, wordt aangeraden een waterverzachter te
voorzien op de waterleiding, om afzettingen in het hydraulische
circuit te voorkomen.
- Om te voorkomen dat het ijs onaangename geuren en sma-
ken absorbeert, mogen in de container nooit voedingsmidde-
len, flessen of andere zaken bewaard worden.
- Laat de deur van de ijscontainer tijdens normaal bedrijf niet
open staan.
3.4 Aansluiting van het elektriciteitsnet
!
De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor
schade aan personen, dieren of voorwerpen veroorzaakt
door een ontbrekende aarding van het apparaat of door
een elektriciteitssysteem dat niet voldoet aan de geldende
normen.
Installeer op het systeem voor stroomvoorziening een meer-
polige overspanningsbeveiliging die een volledige ontkoppeling
garandeert voor overspanning van categorie III, in overeen-
stemming met de geldende normen.
De aansluiting op het elektriciteitsnet moet gebeuren volgens
de geldende nationale normen en door gekwalificeerd en be -
voegd personeel.
Controleer, alvorens het apparaat op het elektriciteitsnet aan te
sluiten, of de netspanning overeenkomt met de waarde op het
typeplaatje (Fig. 10).
Controleer of het elektrische systeem geschikt is voor het op
het typeplaatje aangegeven maximale opgenomen vermogen
van het apparaat.
het apparaat niet gebruikt worden en moet contact worden op-
genomen met de distributeur.
OPMERKING: al het verpakkingsmateriaal moet verwijderd
worden in overeenstemming met de normen van kracht in het
land van gebruik van het apparaat. In ieder geval mogen er
geen materialen verspreid worden in het milieu.
3.3 Plaatsing
Het apparaat:
- moet geïnstalleerd worden op plaatsen waar het gecon-
troleerd kan worden door gekwalificeerd personeel.
- mag niet in buitenomgevingen worden geïnstalleerd.
- mag niet in stoffige omgevingen worden geïnstalleerd
(Fig. 8).
- mag niet geplaatst worden op plaatsen waar er sprake is
van waterstralen.
- mag niet gewassen worden met waterstralen.
- moet geïnstalleerd en gekeurd worden in volledige over-
eenstemming met de wetgeving voor ongevallenpreventie,
de traditionele en geldende regelgeving.
- moet geplaatst worden op een minimale afstand van 150
mm tot de achterwand
- Vermijd plaatsen die zijn blootgesteld aan direct zonlicht,
afgesloten plekken met hoge temperaturen en onvoldoen-
de ventilatie en vermijd de machine te installeren in de na-
bijheid van warmtebronnen (Fig. 6)
De installateur moet eventuele voorschriften voor brandpreven-
tie controleren (neem contact op met de plaatselijke brandweer
voor de nodige aanwijzingen).
Stel de apparatuur waterpas met behulp van de afstelpoten
(Fig. 3).
Als de apparatuur niet waterpas staat, kunnen de werking en
de condensatiestroom in het gedrang komen.
1
Voorafgaand aan de inbedrijfstelling van de ijsmachi-
ne moeten de volgende handelingen worden uitgevoerd:
1. Controleer of het apparaat tijdens het transport niet bescha -
digd is (fig. 2)
2. Haal al het bijgeleverde materiaal uit de tank: toevoerslang,
afvoerslang, documentatie en eventuele accessoires.
3. Maak de binnenkant van de tank schoon met een spons die u
bevochtigd heeft met lauw water vermengd met een beetje na-
triumbicarbonaat; spoel na met schoon water en droog goed af.
4. Plaats de machine op de uiteindelijke plaats, en zorg ervoor
dat ze perfect waterpas staat (fig. 3)
i
Opmerking: bij het kiezen van de omgeving waarin de ma-
chine geïnstalleerd moet worden, moet u ervoor zorgen dat:
- de omgevingstemperatuur niet daalt onder
10°C (50°F) en niet hoger wordt dan 43°C (110°F).
- de watertemperatuur niet daalt onder 10°C (50°F) en niet ho -
ger wordt dan 32°C (90°F) (fi g.4).
- de waterleidingdruk niet lager is dan 0,1 MPa (1 bar) en niet
hoger is dan 0,5 MPa (5 bar). Wanneer de druk hoger is dan 0,5
MPa, moet een drukregelaar worden voorzien op de watervoor-
ziening van de machine (fig.5).
- de geleidbaarheid van het water mag niet lager zijn dan 10 μs