67
NL
4 Toepassing
4.2
De juiste
meetpositie
4.3
Het meten van
de bloeddruk
4.4
Resultaten
opslaan
4.5
Het instrument
uitschakelen
• Neemt u tijdens de meting ergens plaats.
• Ontspan uw arm en steun deze losjes bijv. op een tafel.
• Til de pols totdat zich het drukmanchet op de hoogte van het hart bevindt.
• Blijf rustig tijdens de meting: beweeg en spreek niet, omdat hierdoor de
meetresultaten worden beïnvloed.
a.
Druk op de
START
-toets
4
.
• In het display verschijnt het meetsymbool „
READY
“.
• Vervolgens wordt het manchet opgeblazen. Hierbij wordt de stijgende druk
symbolisch weergegeven en er verschijnt afwisselend „
BE QUIET
“ en
„
PLEASE RELAX
“.
• Als u tijden het opblazen op de
START
-toets
4
drukt, wordt de op-
blaasprocedure gestopt. Het instrument wordt uitgeschakeld en de lucht in
het manchet wordt uitgelaten.
b.
Wanneer het opblazen is voltooid, wordt de meting automatisch gestart
terwijl de lucht binnen het manchet langzaam uitgelaten wordt. Tevens
verschijnt er een curve voor de polsactiviteit. Afwisselend verschijnen er
„DO NOT MOVE“
en
„DO NOT TALK“
, d.w. z. aanwijzingen dat u tijdens
de meting niet mag bewegen of spreken.
c.
De ontluchting vindt aanvankelijk met een constante snelheid plaats.
Wanneer de pols de eerste keer kan worden vastgesteld, wordt de
ontluchting met de hartslag synchroniseerd totdat de meting is voltooid.
Hierbij gaat het hart-symbool flikkeren. De meting is voltooid zodra het
manchet ineens wordt ontlucht en de indicatoren
SYS
,
DIA
en
PUL
waarden aangegeven.
Het instrument beschikt over 30 geheugenplaatsen voor max. 2 gebruiker. Het
laatste meetresultaat wordt automatisch aan de de geselecteerde gebruiker
toegewezen en op de betreffende vrije geheugenplaats onder het navolgende
hogere geheugenummer opgeslagen. De opgeslagen waarden kunnen bij een
uitgeschakeld apparaat worden opgevraagd door op de
KEUZE
-toetsen
▲▼
te
drukken. Met de juiste
KEUZE
-toetsen
▲▼
kunt u in de tabel met de opge-
slagen waarden naar boven of naar beneden gaan.
Door op de
MENU
-toets
2
te drukken worden de ingevoerde actuele waar-
den in tabelvorm aangegeven. Door nog een keer op de
MENU
-toets
2
te
drukken worden de waarden grafisch weergegeven.
Het instrument wordt na korte tijd automatisch uitgeschakeld, als er geen toets
meer is ingedrukt, of het kan met behulp van
START
-toets
4
uitgeschakeld
worden. Datum, tijd en gebruiker blijven op het display zichtbaar, als in het
menu
TIJD/ALARM
de optie
WEERGAVE IN
is geselecteerd en bevestigd.
GA_HGD_10spr.qxd 05.12.2005 13:40 Uhr Seite 67