24
Machine plaatsen
Afhankelijk van de grootte van het werkstuk kan
de machine verschillend worden geplaatst.
Grote werkstukken:
1. Plaats de machine dicht tegen het werkstuk. Het
midden van de grondplaat (gemarkeerd op de
grondplaat) moet in lijn zijn met het midden van
de te frezen groef in het werkstuk (zie ‚werkstuk
markeren‘).
Kleine werkstukken:
1. Plaats de machine dicht tegen het werkstuk. De
machinezijde moet schuin t.o.v. de zijde van het
werkstuk staan.
Groef frezen
1. Schuif de motorplaat naar achter.
2. Plaats de machine dicht tegen het werkstuk.
3. Breng de machine in de juiste positie (zie
‚Machine plaatsen‘).
4. Houd de machine met beide handen vast en
schakel deze in.
5. Druk de motorplaat voorzichtig zover mogelijk
naar voren.
6. Schuif de motorplaat terug en schakel de machi-
ne uit.
Werkstukken verbinden
Als u in beide werkstukken een groef heeft aange-
bracht, kunnen deze met elkaar worden verbon-
den.
1. Breng lijm aan in beide groeven.
2. Draai de vlakdeuvel in een van de werkstukken.
3. Plaats het andere werkstuk op de vlakdeuvel.
4. Trek de werkstukken tegen elkaar en wacht tot
de lijm droog is.
Freesdiepte controleren
1. Controleer na montage van het zaagblad steeds
de freesdiepte.
2. Trek de stekker uit de contactdoos.
3. Schuif de motorplaat (14) zover mogelijk naar
achter.
4. Stel de freesdiepte op de max. stand door de
freesdiepte-instelknop (6) te verdraaien.
5. Schuif de motorplaat naar voren tot de pen in de
groef van de freesdiepte-instelknop (6) valt.
6. Verdraai het zaagblad tot een tand daarvan in
de voorste stand staat.
7. Meet de afstand tussen grondplaat en zaag-
bladtand.
8. Controleer of de afstand 19 mm bedraagt. De
max. positie bedraagt 18 mm.
8. Reparatie en afvoer
Reparatie
Laat eventueel optredende storingen aan het
apparaat uitsluitend door een erkende vakman
resp. reparatiedienst controleren en repareren.
Afvoer
Zorg ervoor dat het apparaat, de accessoires en
verpakking t.z.t. milieuvriendelijk worden afgevo-
erd. De kunststofdelen zijn gemarkeerd voor een
scheiding op soort.
Gooi elektrische apparatuur nooit bij het huisvuil!
Conform de Europese richtlijn 2002/96/EG m.b.t.
oude elektrische en elektronische apparaten en
de daarop gebaseerde wetgeving moet oud elek-
trisch gereedschap gescheiden ingezameld wor-
den en milieuvriendelijk worden verwerkt.
9. Reiniging en onderhoud
• Trek de netstekker uit de contactdoos alvorens
werkzaamheden aan het apparaat te verrich-
ten.
• Gebruik voor het reinigen van de kunststof
delen een vochtige doek. Geen reinigingsmid-
delen, oplosmiddelen of scherpe voorwerpen
gebruiken.
• Verwijder regelmatig vastzittend vuil uit venti-
latieopeningen alsmede van bewegende delen;
gebruik hiertoe een zachte borstel of kwast.
Summary of Contents for 120.500.060
Page 2: ...2 B 1...
Page 58: ...58 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 1 2 3 B1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 4 5 1 2...
Page 59: ...59 UA 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19...
Page 60: ...60 20 21 6 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 16 12 13 14 1 2 EN 50144 1 2 1 1 5...
Page 62: ...62 10 15 1 1 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 1 2 3 14 4 6 5 6 6 7 8 19 18 8 2002 96 EG 9...