64 NEDERLANDS
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens de functies op het gereedschap af te
stellen of te controleren.
De accu aanbrengen en verwijderen
LET OP:
Schakel het gereedschap altijd uit
voordat u de accu aanbrengt of verwijdert.
LET OP:
Houd het gereedschap en de accu
stevig vast tijdens het aanbrengen of verwijderen
van de accu.
Als u het gereedschap en de accu niet
stevig vasthoudt, kunnen deze uit uw handen glippen
en het gereedschap of de accu beschadigen, of kan
persoonlijk letsel worden veroorzaakt.
►
Fig.2:
1.
Rood deel
2.
Knop
3.
Accu
Om de accu te verwijderen verschuift u de knop aan de
voorkant van de accu en schuift u tegelijkertijd de accu
uit het gereedschap.
Om de accu aan te brengen lijnt u de lip op de accu uit
met de groef in de behuizing en duwt u de accu op zijn
plaats. Steek de accu zo ver mogelijk in het gereed
-
schap tot u een klikgeluid hoort. Als u het rode deel aan
de bovenkant van de knop kunt zien, is de accu niet
goed aangebracht.
LET OP:
Breng de accu altijd helemaal aan
totdat het rode deel niet meer zichtbaar is.
Als
u dit niet doet, kan de accu per ongeluk uit het
gereedschap vallen en u of anderen in uw omgeving
verwonden.
LET OP:
Breng de accu niet met kracht aan.
Als de accu niet gemakkelijk in het gereedschap
kan worden geschoven, wordt deze niet goed
aangebracht.
Accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is uitgerust met een accubeveiligings-
systeem. Dit systeem schakelt automatisch de voeding
naar de motor uit om de levensduur van het gereed-
schap en de accu te verlengen. Het gereedschap kan
tijdens gebruik automatisch stoppen wanneer het
gereedschap of de accu aan de volgende omstandig-
heid wordt blootgesteld.
Overontladingsbeveiliging
Als de acculading onvoldoende is, stopt het gereed
-
schap automatisch. Verwijder in dat geval de accu
vanaf het gereedschap en laad de accu op.
De resterende acculading controleren
Alleen voor accu’s met indicatorlampjes
►
Fig.3:
1.
Indicatorlampjes
2.
Testknop
Druk op de testknop op de accu om de resterende
acculading te zien. De indicatorlampjes branden gedu
-
rende enkele seconden.
Indicatorlampjes
Resterende
acculading
Brandt
Uit
Knippert
75% tot 100%
50% tot 75%
25% tot 50%
0% tot 25%
Laad de accu
op.
Er kan een
storing zijn
opgetreden in
de accu.
OPMERKING:
Afhankelijk van de gebruiksomstan
-
digheden en de omgevingstemperatuur, is het moge-
lijk dat de aangegeven acculading verschilt van de
werkelijke acculading.
De trekkerschakelaar gebruiken
LET OP:
Voordat u de accu aanbrengt in het
gereedschap, controleert u altijd of de trekker-
schakelaar correct werkt en na loslaten terugkeert
naar de uit-stand.
LET OP:
Vergrendel altijd de trekkerschake-
laar wanneer het gereedschap niet in gebruik is.
Bij het ponsen van het werkstuk blijft u de trekker
-
schakelaar ingeknepen houden totdat de pons omlaag
is gegaan naar de matrijs en is teruggekeerd in de
beginpositie.
Om de trekkerschakelaar te vergrendelen, drukt u de
trekkervergrendelknop vanaf kant B in. Om te ontgren-
delen, drukt u de trekkervergrendelknop vanaf kant A in.
►
Fig.4:
1.
Trekkervergrendelknop
2.
Trekkerschakelaar
Draaibare handgreep
De handgreep kan tijdens gebruik 360 graden in beide
richtingen worden gedraaid. Deze functie is met name
handig tijdens het werken in lastige of krappe ruimten
omdat de gebruiker hiermee het gereedschap in de
best mogelijke positie kan brengen om gemakkelijk te
werken.
►
Fig.5
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.