114
De roervergrendeling gebruiken
Je kunt de roerfunctie op je vluchtstick uitschakelen door de roervergrendeling in
te schakelen. Wanneer je dit doet, kan de stick niet meer draaien.
De roervergrendeling gebruiken
1. Plaats de vluchtstickeenheid zo dat de drie tuimelschakelaars (T1 t/m T6) naar je toe
zijn gericht. De roervergrendeling bevindt zich op het voetstuk van de vluchtstick,
aan de linkerkant. Als je deze van dichtbij bekijkt, zie je dat er RLOCK op staat.
2. Trek de RLOCK-schakelaar naar buiten. Je kunt dit het makkelijkst doen met de duim
van je linkerhand. De draaiactie op de vluchtstick is nu vergrendeld en je kunt de stick
niet meer draaien. Je kunt het roer op elk moment weer inschakelen door de RLOCK-
schakelaar naar binnen te drukken.
De hendel aanpassen
Je kunt nog comfortabeler gebruikmaken van de stick door de hoogte van de handgreep
en pinkschakelaar aan te passen. Als je kleine handen hebt, zet je de handgreep en
de pinkschakelaar op de hoogst mogelijke positie. Hierdoor wordt de afstand tussen de
triggerschakelaar en de pinkschakelaar kleiner, zodat je niet hoeft te rekken om beide
te bereiken. Als je grotere handen hebt, kun je de afstand zo groot mogelijk maken en
de vluchtstick comfortabeler bedienen.
De hendel aanpassen
1. Plaats de vluchtstickeenheid zo dat de drie tuimelschakelaars (T1 t/m T6) van je
af zijn gericht.
Op de achterkant van de hendel, op ongeveer een derde van onderaf, zie je een duidelijk
zichtbare metalen schroef.
2. Draai de schroef los door hem linksom te draaien.
Wanneer de schroef los genoeg zit, kun je hem vrij op en neer bewegen binnen de sleuf
achter op de hendel.
Wanneer je de schroef beweegt, bewegen ook de handgreep en de pinkschakelaar.
3. Verplaats de schroef tot de handgreep en de pinkschakelaar zich op de gewenste
hoogte bevinden.
4. Plaats de schroef op een positie die het beste overeenkomt met de hoogte waaraan je
de voorkeur geeft. Je kunt kiezen uit vijf posities.
5. Draai de schroef vast door hem rechtsom te draaien.