neer de regelaars zich in de middelste stand be-
vinden, blijft de frequentiecurve ongewijzigd.
8) Plaats de crossfader volledig naar rechts in de
stand CH 2, en herhaal de instellingen van
niveau, balans en klank voor kanaal 2 via de over-
eenkomstige regelaars.
5.2 Mengen tussen de kanalen
Na instelling van de ingangskanalen kunt u met be-
hulp van de crossfader (19) mengen tussen de kana-
len 1 en 2.
Door beide ingangsschakelaars (3 + 6) in te stel-
len, kunt u steeds een andere geluidsbron selecteren
die u wenst te mengen. Hierdoor kunt u mengen tus-
sen maximaal acht aangesloten toestellen.
5.3 Geluidssignalen mengen
Schuif de crossfader (19) in de middelste stand om
de signalen van kanalen 1 en 2 te mengen. In deze
stand is het volume van de kanalen 1 en 2 even
sterk. Indien het volume van één van beide kanalen
groter zou zijn, schuif de crossfader dan verder naar
links of naar rechts.
5.4 De kanalen voorbeluisteren
Kanaal 1 of 2 kan via een hoofdtelefoon voorbe-
luisterd worden, ook wanneer de crossfader (19) op
het respectieve andere kanaal staat of wanneer de
overeenkomstige kanaalfader (12) in de minimum-
stand staat. Hierdoor kan bijvoorbeeld op een CD de
gewenste track geselecteerd worden of kan het
beste moment gekozen worden om de betreffende
geluidsbron in te mengen.
1) Sluit een hoofdtelefoon (
≥
8
Ω
) aan op de
PHONES-jack (25).
2) Selecteer met de crossfader (14) het kanaal dat
voorbeluisterd moet worden. Met de crossfader in
de middelste stand kunnen beide kanalen tegelijk
gehoord worden.
3) Stel met de CUE-regelaar (24) het gewenste vo-
lume van de hoofdtelefoon in.
Opmerking: De equalizers (15) noch de KILL-
schakelaars (16) of een eventueel aangesloten
effectapparaat hebben een invloed op het hoofd-
telefoonsignaal.
OPGELET: Stel het volume van de hoofdtelefoon
nooit te hoog in. Langdurige blootstelling aan
hoge volumes kan het gehoor beschadigen. Het
gehoor raakt aangepast aan hoge volumes die na
een tijdje niet meer zo hoog lijken. Verhoog daar-
om het volume niet nog meer, nadat u er aan
gewend bent geraakt.
Als optische controle kunnen de niveaus van de
kanalen 1 en 2 tegelijk op de niveauweergave (4)
gevolgd worden. Schakel hiervoor de BEAT-schake-
laar (5) in de stand CH 1/CH 2. De linker LED-rij
geeft het niveau van kanaal 1 weer, de rechter rij het
niveau van kanaal 2. De weergave gebeurt na de
kanaalschuifregelaars (12), d.w.z. de niveauweer-
gave is afhankelijk van de stand van de kanaal-
schuifregelaars.
5.5 Beluisteren via een monitorinstallatie
Het uitgangssignaal van het mengpaneel kan via een
monitorinstallatie beluisterd worden. Het geluidsni-
veau wordt bepaald door de stand van de MASTER-
regelaar (23).
Verbind de ingang van de monitorinstallatie met
de BOOTH-jacks (35). Stel met de BOOTH-regelaar
(22) het gewenste volume in van het signaal dat naar
de monitorinstallatie gestuurd wordt.
5.6 Aankondigingen via de DJ-microfoon
Schakel met de schakelaar (13) (stand MIC ON) het
microfoonkanaal in voor aankondigingen via een
microfoon die op de DJ MIC-jack (9) aangesloten is.
Stel het volume in met de GAIN-regelaar (10) en de
klank met de equalizers (11).
Voor een betere verstaanbaarheid van de aan-
kondigingen kunnen de niveaus van de kanalen 1 en
2 tijdens het spreken met 15 dB gedempt worden.
Plaats hiervoor de schakelaar (13) in de TALK-stand.
De LED naast de schakelaar licht op.
5.7 Het effectapparaat activeren
Indien er een effectapparaat op de LOOP-jacks (37)
aangesloten is, dan kan dit met de LOOP-toets (21)
geactiveerd worden. De LED boven de toets licht op.
Opmerking: Wanneer er geen effectapparaat aan-
gesloten is of de geleiderbruggen (38) steken niet in
de LOOP-jacks (37), dan mag de LOOP-toets (21)
niet ingedrukt zijn. Zo niet, is er geen signaal op de
uitgangen MASTER (34), BOOTH (35) en REC (36).
5.8 Bijzondere geluidseffecten
Met de KILL-schakelaars (16) kunnen de lage tonen
(BASS), de middentonen (MID) en/of de hoge tonen
(HIGH) in het desbetreffende kanaal gedempt wor-
den. Plaats hiervoor de overeenkomstige schakelaar
in de onderste stand. De LED boven de schakelaar
licht op. Wanneer voor een kanaal de drie schakelaars
bediend worden, is het kanaal volledig gedempt.
Door op de PUNCH-toetsen te drukken, bv. in het
ritme van de muziek, kunt u bijzondere geluidseffec-
ten tot stand brengen:
Effecttoets PUNCH IN (17) voor kanaal 1
a. Met de crossfader (19) in stand CH 1 wordt het
volume van kanaal 1 versterkt, zolang de effect-
toets ingedrukt gehouden wordt.
b. Met de crossfader in stand CH 2 wordt kanaal 1
met een iets versterkt volume ingemengd, zolang
de effecttoets ingedrukt wordt.
Effecttoets PUNCH IN (26) voor kanaal 2
a. Met de crossfader (19) in stand CH 2 wordt het
volume van kanaal 2 versterkt, zolang de effect-
toets ingedrukt gehouden wordt.
b. Met de crossfader in stand CH 1 wordt kanaal 2
met een iets versterkt volume ingemengd, zolang
de effecttoets ingedrukt wordt.
Effecttoetsen PUNCH OUT (18 + 27)
Zolang de effecttoets ingedrukt gehouden wordt,
kunt u met de toets (18) kanaal 1 en met de toets (27)
kanaal 2 uitmengen.
canal debe estar más bajo que el otro, poner el
reglaje hacia la izquierda o la derecha según sea.
5.4 Pre-escucha de canales
Es posible efectuar una pre-escucha del canal 1 o
del canal 2 mediante un auricular cuando el reglaje
(19) está sobre otro canal o cuando el reglaje (12)
del canal correspondiente está al mínimo. Así es
posible seleccionar uno de los títulos de un CD o el
punto de partida exacto para efectuar un fundido.
1) Conectar un auricular (impedancia
≥
8
Ω
) a la
toma PHONES (25).
2) Seleccionar mediante el reglaje (14) el canal que
se desea escuchar: en posición media, los dos
canales se oyen al mismo tiempo.
3) Regular el volumen del auricular mediante el
reglaje CUE (24).
Consejo: Ni el ecualizador (15) ni los interrupto-
res KILL (16) ni un aparato de efectos especiales
que puede conectarse tienen influencia sobre la
señal del auricular.
ATENCIÓN: No regular el volumen del auricular
muy elevado. Un volumen muy elevado, a largo
plazo, puede generar problemas en la audición.
El oído humano se habitua a volúmenes elevados
y no los percibe como tales despues de cierto
tiempo. Le aconsejamos entonces de regular bien
el volumen y no modificarlo.
Para un control ótico, se pueden seguir los niveles
de los canales 1 y 2 simultáneamente hacia el VU-
metro (4). Para hacerlo, poner el inversor BEAT (5)
en la posición CH 1/CH 2. El VU-metro izquierdo
indica el nivel del canal 1, el VU-metro derecho, el
nivel del canal 2. La visualización de hace después
de mover los reglajes (12), es decir que la visualiza-
ción depende de la posición del fader.
5.5 Pre-escucha vía un sistema monitor
Es posible efectuar una pre-escucha de la señal de
salida de la mesa de mezclas vía un sistema moni-
tor: el nivel de señal es independiente de la posición
del reglaje MASTER (23).
Conectar la entrada del sistema monitor a las tomas
BOOTH (35); mediante el reglaje BOOTH (22), regu-
lar el volumen de señal dirigido al sistema monitor.
5.6 Anuncios micro DJ
Conectar el canal micro mediante el interruptor (13)
(posición MIC ON) para efectuar anuncios mediante
un micro conectado a la toma DJ MIC (9). Regular el
volumen mediante el reglaje GAIN (10) y la tonalidad
mediante el ecualizador (11).
Para una mejor comprensión de los anuncios, los
niveles de los canales 1 y 2 pueden disminuirse
automáticamente de 15 dB durante los anuncios. Pa-
ra hacerlo, poner el interruptor (13) en la posición
TALK, el diodo del lado se ilumina.
5.7 Activación del aparato de efectos
especiales
Si un aparato de efectos especiales está conectado a
las tomas LOOP (37), puede activarse con la tecla
LOOP (21): el diodo situado debajo la tecla se ilumina.
Consejo: Cuando un aparato no está conectado o si
los puentes (38) no se encuentran dentro las tomas
LOOP (37), no es necesario pulsar la tecla LOOP
(21), sino no hay señal a las salidas MASTER (34),
BOOTH (35) y REC (36).
5.8 Efectos sonoros particulares
Los interruptores KILL (16) permiten para cada canal
suprimir las frecuencias graves (BASS), medios
(MID) y agudos (HIGH). Para hacerlo, poner el inter-
ruptor correspondiente en la posición inferior. El
diodo situado debajo de este interruptor se ilumina.
Si los tres interruptores de un canal están activados,
el canal está mudo.
Activando las teclas PUNCH, p. ej. en el ritmo de la mú-
sica, es posible realizar efectos sonoros particulares:
Tecla PUNCH IN (17) para el canal 1
a. Si el reglaje (19) se encuentra en la posición
CH 1, el volumen del canal 1 se aumenta durante
la duración de la presión de la tecla.
b. Si el reglaje se encuentra en la posición CH 2, el
canal 1 está fundido con un volumen un poco más
elevado mientras dura la presion sobre la tecla.
Tecla PUNCH IN (26) para el canal 2
a. Si el reglaje (19) se encuentra en la posición
CH 2, el volumen del canal 2 aumentará mientras
dura la presion sobre la tecla.
b. Si el reglaje se encuentra en la posición CH 1, el
canal 2 está fundido con un volumen un poco más
elevado mientras dura la presion sobre la tecla.
Teclas PUNCH OUT (18 + 27)
Mientras esta tecla está pulsada, puede hacerse un
fundido mediante la tecla (18) del canal 1 y mediante
la tecla (27) del canal 2.
Consejo: Estos efectos pueden escucharse a las
salidas MASTER (34), BOOTH (35) y REC (36) pero
no mediante un auricular conectado a la toma
PHONES (25).
14
E
NL
B