N
e
d
e
rl
a
n
d
se
34
71503801/0 - rEV.02
10/2011
1. INSTALLATIE
voor de ijsproducer in gebruik te stellen moeten de vol-
gende handelingen uitgevoerd worden:
1. Controleer of het apparaat tijdens het transport niet be-
schadigd raakte (fig.
q
)
2. haal al het bijbehorende materiaal uit de verpakking: toe-
voerbuis, afvoerbuis, documentatie en eventuele accessoi-
res.
3. De binnenkant van het dépot schoonmaken met een voch-
tige spons die in water met wat soda werd gedompeld; met
zuiver water naspoelen en zorgvuldig afdrogen.
4. De producer in zijn definitieve positie plaatsen, erop lettend
dat deze perfect vlak staat (fig.
a
).
Nota:
Bij de keuze waar de machine te installeren, moet men er
zich van verzekeren dat:
•
de omgevingstemperatuur niet daalt onder
10°C (50°F)
en niet
stijgt boven
43°C (110° F).
•
de temperatuur van het water niet lager is dan
10°C (50°F)
en
niet hoger dan
32°C (90°F)
(fig.
u
).
•
de druk van het toevoerwater niet lager is dan
0,1 MPa (1 bar)
en niet hoger dan
0,5 MPa (5 bar).
Wanneer de druk 0,5 MPa overschrijdt, voorzie de toepassing van
een drukregelaar op de watertoevoer van de machine (fig.
i
).
•
de machine ver verwijderd is van warmtebronnen en op een
goed verluchte plaats (fig.
o
).
enkel aansluiten op het net met drinkbaar water.
5. gebruik de nieuwe set mobiele koppelingen (waterleiding)
die met het toestel meegeleverd is. De oude set koppelin-
gen mag niet opnieuw worden gebruikt.
6. Eerst de wateraansluitingen uitvoeren, dan de elektrische
aansluitingen.
7. De bijbehorende toevoerbuis van 3/4” aan de machine vast-
maken en aan de waterleiding met koude drinkbaar water.
men raadt aan, om praktische- en zekerheidsredenen, een
tussenkraan te voorzien, die niet door ons geleverd wordt.
(fig.
h
: 1. schakelaar, 2. stopcontact, 3. stekker, 4. watertoe-
voer, 5. kraan, 6. waterafvoer van de condensator: uitvoering
waterafkoeling, 7. waterafvoer van het dépot, 8. waterafvoer
met open sifon).
8. Een flexibele plastic slang met een interne doorsnede van 20
mm. aansluiten op het verbindingsstuk van de waterafvoer
van de machine en met een gepaste lengte (niet langer dan
een meter van de machine) om het afvoerputje te bereiken
(fig.
h
).
Nota:
Installeer de machine zodanig dat de ventilatie van de
koelgroep op geen enkele manier gehinderd wordt (enkel voor
met lucht gekoelde machines). (fig.
s
).
•
De machine niet installeren in stoffige omgevingen, omdat er
zich algauw een verstopping kan voordoen van de condensator
van de koelgroep (enkel voor met lucht gekoelde machines)
(fig.
2)
).
•
Wanneer de machine geïnstalleerd is in zones waar het drink-
baar water een hoog zoutgehalte in oplossing heeft, houdt u
aan de instructies van de constructeur om dit probleem tot een
minimum te beperken.
•
Om te vermijden dat het ijs slechte geuren en smaken opneemt,
mag men nooit voedingswaren, flessen of andere in het recipiënt
bewaren.
•
Het deurtje van het ijsrecipiënt niet open laten tijdens de normale
werking.
Op de elektrische installatie moet een differentieelschake-
laar (beveiliging) aanwezig zijn.
1.1
AANSLUITING VAN HET APPARAAT OP
HET ELEKTRICITEITSNET
•
als de voedingskabel van het apparaat beschadigd blijkt,
dient deze uitsluitend door gekwalificeerd personeel ver-
vangen te worden om elk willekeurig risico voor personen
uit te sluiten.
i
i