N
L
43
Personen met diabetes of chronische nierziekten zijn uitzonderingen op de
bovenstaande classificaties, aangezien een bloeddruk van slechts 130/80 mmHg of
hoger doorgaans als hypertensie wordt beschouwd.
De bloeddrukmonitor is voorzien van een categorie-indicator die het veronderstelde
risiconiveau van de gebruiker visueel weergeeft in overeenstemming met de
hierboven genoemde standaard. Lees meer hierover in het hoofdstuk ‘
Indicator
risicocategorie
’.
Het is belangrijk uw arts regelmatig te raadplegen. Een arts kan bepalen wat iemands
normale bloeddruk is en op welk exacte punt iemand in een risicogroep valt.
Het is raadzaam dat u de metingen vastlegt om op de hoogte te blijven van
schommelingen in uw bloeddruk.
Gebruik van de bloeddrukmonitor
Deze bloeddrukmonitor is uitgerust met Smart SenseTM-technologie. De manchet
wordt met een druk op een enkele knop automatisch opgeblazen om de
bloeddrukstroming door de slagader te blokkeren.
Daarna begint de lucht langzaam uit de manchet te lopen. De Smart SenseTM-
technologie zorgt ervoor dat het automatisch opblazen en leeglopen nauwkeurig
wordt aangepast aan de persoon die het apparaat gebruikt. Houd er rekening mee
dat bewegingen tijdens het opblazen of leeglopen fouten in de aflezing kunnen
opleveren. Wanneer de meting is voltooid, toont het display de systolische druk, de
diastolische druk en de hartfrequentie.
Smart SenseTM-technologie is goedgekeurd voor het bieden van klinisch correcte
resultaten. Het apparaat is goedgekeurd volgens en in overeenstemming met de
vereisten van de richtlijn inzake medische apparatuur, de Europese norm EN-1060-3
en/of 1060-4, evenals de richtlijnen ten aanzien van accreditatie door de British
Hypertension Society (BHS) en de Food & Drug Administration (FDA) AAMI/ANSI SP10.
Op basis van de metingen waarschuwt de categorie-indicator van de
bloeddrukmonitor de gebruiker met een symbool als de gebruiker binnen een
bepaalde risicogroep valt. Lees meer hierover in het hoofdstuk ‘
Indicator
risicocategorie
’ en raadpleeg de tabel op pagina 3.
De bloeddrukmonitor is tevens uitgerust met een functie die aritmie (onregelmatig
hartritme) identificeert en de gebruiker waarschuwt dat zijn of haar hart een onstabiele
hartslag heeft. Als het symbool
IHB
regelmatig wordt weergegeven (bij vijf
opeenvolgende metingen of meer), wordt u met klem aangeraden een arts te raadplegen.
Lees meer hierover in het hoofdstuk ‘Aritmie (onregelmatig hartritme) vaststellen’.
HG7912_BPW-200-0NEU_IB.qxd:Layout 1 13/6/08 10:45 Page 43