17
5.3 FUNCTIESLEUTELS EN INDICATOREN
1
Aan / uit-knop (LED)
Druk op om het apparaat in of uit te
schakelen.
2
Timerknop
Stelt een tijd in voor het automatisch starten
of stoppen van het apparaat. Het instelbare
bereik van de timer is 1-24 uur.
3
Ventilatorsnelheidknop Druk op om de ventilatorsnelheid tussen
HOOG en LAAG te schakelen.
4
Modusknop
Druk op om de bedieningsmodus te
schakelen tussen koelen, verwarmen,
ventileren, automatisch en drogen.
5
Slaapknop
Druk om de slaapmodus in of uit te
schakelen.
6
Zwaai knop
Pas de luchtstroomrichting verticaal aan.
7
Voeg knop toe
Verhoging van de gewenste temperatuur
(16
℃
~ 32
℃
) of timerinstelling.
8
Min-knop
Verlagen van de gewenste temperatuur of
timerinstelling.
9
Digitaal beeld
Toont timerinstelling en kamertemperatuur.
10
indicatoren
LED voor 5 bedrijfsmodi selecteren door op
de modusknop te drukken.
11
indicatoren
LED voor ventilatorsnelheid (hoog en laag),
slaapstand, autoswing en timerknop.
Licht op wanneer de overeenkomstige
functie is ingesteld.