NL
136
3) SELECTIE GEBRUIKER
Druk terwijl het apparaat uitgeschakeld is op de toets ”SET” om gebruiker
P1 of P2 te selecteren, druk vervolgens op de toets “ON/OFF” om de
meting te beginnen. Om de gemiddelde waarden in het geheugen
van gebruiker P1 of P2 te lezen, drukt u eerst op de toets “SET” om de
gebruiker te selecteren. Druk daarna op de toets “MEM” om die waarden
weer te geven.
4) EENHEIDCONVERSIE
Er kunnen door de gebruiker twee weergave-eenheden
van de bloeddruk geselecteerd worde: mmHg (mmHg)
en kPa (kPa). Het apparaat is standaard ingesteld op de
mmHg-schaal.
• Druk gedurende 10 seconden op de toets “ON/OFF” om
de interface weer te geven die het mogelijk maakt van de
ene naar de nadere eenheid over te gaan.
• Druk op de toets “MEM” om mmHg/KPa te selecteren.
• Druk op de toets “ON/OFF” om te verlaten.
De eenheden nemen positie in zoals hierboven aangegeven, in de mmHg-schaal of in de kPa-schaal.
Afb. 9:
standaardindeling van de
bloeddruk volgens de Wereld-
gezondheidsorganisatie (WHO).
Hypertensie van de 3e graad (ernstig)
Hypertensie van de 2e graad (matig)
Hypertensie van de 1e graad (licht)
Hoog-normaal
Normaal
Optimaal
INDELING VAN DE BLOEDDRUK
P
P
Afb. 8
Afb. 7