56
NL
Bij de KOMBI-uitvoering van de Fahl
®
-tracheacanules bevindt zich een combi-adapter aan
het canuleschild. Deze heeft een opening met een diameter van 22 mm en is daarmee
compatibel met algemeen gebruikte filter- en ventielsystemen met een aansluiting van 22
mm. Hieraan kunnen speciale filters voor het filteren, bevochtigen en verwarmen van de
ademhaling bevestigd worden.
Met behulp van twee bevestigingsogen aan de zijkant kan een canuledraagband worden
bevestigd.
Om drukplekken of de ontwikkeling van granulatieweefsel in de trachea te voorkomen, kan
het raadzaam zijn bij het vervangen canules van verschillende lengtes te gebruiken, zodat
de canulepunt niet altijd op dezelfde plaats contact maakt met de trachea en daardoor
mogelijk prikkeling veroorzaakt. Bespreek de precieze handelwijze altijd eerst met uw
behandelend arts.
OPMERKING MRI
De Fahl
®
siliconen canules kunnen ook tijdens een magneetresonantietomografie (MRI)
door de patiënt worden gedragen.
1. Canuleschild
Kenmerkend voor Fahl
®
-tracheacanules is het speciaal vormgegeven canuleschild, dat aan
de anatomie van de hals is aangepast.
Aan de zijkanten van het canuleschild van de siliconen canules bevinden zich twee
bevestigingsogen voor het aanbrengen van een canuledraagband.
Bij alle Fahl
®
-tracheacanules met bevestigingsogen wordt een canuledraagband voor
eenmalig gebruik geleverd. Met de canuleband wordt de tracheacanule aan de hals
bevestigd.
Lees de bijbehorende gebruiksaanwijzing van het canuleband zorgvuldig door als u deze
aan de tracheacanule bevestigt resp. verwijdert.
Let er daarbij op dat de Fahl
®
-tracheacanules spanningsvrij in de tracheostoma liggen en
dat de positie ervan door bevestiging van de canuledraagband niet wordt veranderd.
2. Connectors/adapters
Connectors/adapters dienen voor het aansluiten van compatibele canule-accessoires.
De gebruiksmogelijkheid bij individuele gevallen hangt daarbij ook af van het ziektebeeld,
bijv. de status na laryngectomie of tracheotomie.
Met behulp van de 22 mm lange combi-adapter kunnen ook compatibele filter- en
ventielsystemen met een houder van 22 mm worden aangesloten, bijv. Humidophone
®
spreekventiel met filterfunctie (ref. 46480), Humidotwin
®
kunstmatige neus (ref. 46460),
Combiphon
®
spreekventiel (REF 27131), Laryvox
®
HME filtercassettes (ref. 49800).
3. Canulebuis
De canulebuis grenst direct aan het canuleschild en leidt de luchtstroom in de luchtpijp.
4. Spreekventielen
Tracheacanules als spreekcanule (LINGO-PHON) met spreekventiel worden na
tracheotomiën met volledig of gedeeltelijk behouden gebleven strottenhoofd gebruikt,
waardoor de gebruiker kan spreken.
Inbegrepen in de leveromvang is de spreekklep Combiphon
®
(REF 27131). Lees de
bijbehorende gebruiksaanwijzing aandachtig door.
LET OP!
Houd u daarom aan de speciale productinstructies, indicaties en contra-indicaties in
de gebruiksaanwijzing, en bespreek de toepasbaarheid van producten tevoren met
uw behandelend arts.
VIII. HANDLEIDING VOOR HET INBRENGEN EN VERWIJDEREN VAN EEN
CANULE
Voor de arts
De passende canule moet door de arts of opgeleid deskundig personeel worden gekozen.
Voor een optimale pasvorm en de best mogelijke in- en uitademing moet altijd een bij de
anatomie van de patiënt passende canule worden gekozen.
Summary of Contents for PHONTRACH
Page 1: ...PHONTRACH TRACHEALKANÜLE GEBRAUCHSANWEISUNG TRACHEOSTOMY TUBE INSTRUCTIONS FOR USE ...
Page 2: ...2 BILDER PICTURES 1 DE EN 3 4 5 6 7 ...
Page 3: ...3 BILDER PICTURES DE EN 8 9 10 11 ...
Page 189: ...189 ...
Page 190: ...190 ...
Page 191: ...191 ...