background image

03/2011 - Art. Nr. 4200 1016 4000C

8

Montage

Brandermontage
Branderinbouwstand
Controles vóór de inbedrijfstelling

Montage van de brander

De branderflens 

3

 is voorzien van 

langwerpige gaten en kan worden 
gebruikt voor een diameter van de 
gatencirkel gaande van 150 tot 170 mm. 
De afmetingen voldoen aan EN 226. 
Door verschuiven van de buizensteun 

2

 

op de branderbuis kan de insteekdiepte 
van de menginrichting worden 
aangepast aan de afmetingen van de 
verbrandingsruimte. De insteekdiepte 
blijft ongewijzigd bij het in- en 
uitbouwen.
Via de buizensteun 

2

 wordt de brander 

op de aansluitflens en dus aan de ketel 
bevestigd. De verbrandingsruimte wordt 
hierdoor dicht afgesloten.

Inbouwen:

•  Aansluitflens 

3

 met bouten 

4

 aan de 

ketel bevestigen

•  Buizensteun 

2

 aan de branderbuis 

monteren en met een schroef 

bevestigen. Schroef 

1

 met een koppel 

van max. 6 Nm vastdraaien.

•  Brander enigszins draaien, in de flens 

invoeren en met schroef 

5

 bevestigen.

Uitbouwen:

•  Bout 

5

 losdraaien

•  Brander uitdraaien en uit de flens 

trekken.

Olieaansluiting

De meegeleverde olieslangen zijn al 
aangesloten op de oliebranderpomp. 
Om verwisseling te voorkomen is de 
toevoerslang speciaal gemarkeerd. De 
olieaansluiting wordt gerealiseerd via 
een ontluchtingsfilter. Het filter moet 
dusdanig worden geplaatst dat een 
vakkundige slanggeleiding is 
gegarandeerd.
De slangen mogen geen knikpunt 
vertonen.
Voor de olieleiding moet een koperbuis 
DN 4 (4x6) worden gebruikt.
CH: Polyamide-olieleiding DN4,

DIN 16773, Art. nr. 501183.

Voor de maximale lengtes van de 
zuigleiding en de aanzuighoogten: zie 
de richtlijn voor het ontwerp en de 
dimensionering van installaties met 
zuiginrichting. Deze richtlijn is onderdeel 
van de ontwerpbeginselen van ELCO. 
De zuigleiding wordt bij vierkante tanks 
tot 5 cm en bij cilindrische tanks tot 10 
cm over de tankbodem gevoerd.

Elektrische aansluiting

De elektrische installatie en de 
aansluitwerkzaamheden mogen 
uitsluitend door een erkend 
elektrotechnicus worden uitgevoerd. 
Daarbij dienen de geldende 
voorschriften en bepalingen in acht te 
worden genomen. Deze brander omvat 
elektronische componenten; het is aan 
te bevelen vóór de installatie een 
automatische differentieelschakelaar 
van het type A te voorzien, om 
zwerfstromen met een 
gelijkstroomcomponent op te sporen.
•  Controleren of de netspanning met de 

opgegeven werkingsspanning van 

230 V, 50 Hz overeenstemt.

•  Zekering voor de brander: 10 A
De brander en de warmteproducerende 
uitrusting worden via een zevenpolige 
stekkerverbinding 

1

 aangesloten.

Controles vóór de inbedrijfstelling

Volgende punten op de installatie 
controleren:
-  De waterdruk in het 

verwarmingscircuit

-  Circulatiepompen in werking
-  Secundaire-luchtvoorziening in de 

schoorsteen in werking (indien 
voorhanden)

-  Stroomverzorging (230V) naar het 

schakelbord van de ketel is 
gegarandeerd

-  Het oliepeil in de tank
-  Aansluitingen van de olieslangen
-  (toevoer/retour, dichtheid)
-  Olieventielen open

-  Instellingen van de menginrichting van 

de brander

-  Instelling van de onstekingselektroden
-  Instelling van de thermostaten

Vóór inbedrijfstelling olie met handpomp 
aanzuigen. Brander inschakelen voor de 
inbedrijfstelling. Voor volledige 
ontluchting, de ontluchtingsschroef op 
het oliefilter openen. Hierbij mag een 
onderduk van 0,4 bar niet worden 
overschreden. Als het filter volledig met 
olie gevuld is en de olie zonder bellen 
uitstroomt, de brander uitschakelen. 
Ontluchtingsschroef sluiten.

Summary of Contents for VL 1.40

Page 1: ...42 VL 1 55 VL 1 55P VL 1 95 Bedieningshandleiding Voor de gespecialiseerde vakman Aangeblazen oliebrander 2 13 Operating instructions For authorised specialists Forced draught fuel oil burners 14 25...

Page 2: ...stuiving en aangeblazen gasbranders aan warmteproducerende uitrusting EN 60335 2 Veiligheid van elektrische apparaten voor huishoudelijk gebruik Plaats van opstelling De brander mag niet worden opgest...

Page 3: ...Luchtdruknippel T1 Ontstekingstransformator Y Instelschaal Y1 Magneetventiel 3 Luchtregeling in de branderkop 5 Bevestigingsschroeven voor basisplaat 7 Ophangsteun 8 Behuizing 9 7 polige contrastekke...

Page 4: ...en de voorventilatietijd van 15 sec loopt Tijdens de voorventilatie wordt de branderkamer bewaakt op vlamsignalen Na afloop van de voorventilatie opent het oliemagneetventiel en de brander start De o...

Page 5: ...n uiterst stabiele tijden bereikt die onafhankelijk zijn van schommelingen in netspanning en omgevingstemperatuur De branderautomaat is niet gevoelig voor onderspanning Als de netspanning onder de ver...

Page 6: ...ngesloten In de pomp zijn aanzuigfilters en oliedrukregelaars ingebouwd V r de inbedrijfstelling moeten manometers voor druk 4 en onderdrukmetingen 5 worden gemonteerd 1 Aanzuigaansluiting 2 Retouraan...

Page 7: ...ming Stekker nr Klem Benaming Stekker nr 1 Aarde 11 14 Fase brandermotor 4 2 Signaal vlamdoofveiligheid 15 Aarde 3 Fase 16 Neutraal 4 Signaal afstandsontgrendeling 20 17 L1 Magneetventiel netaansluiti...

Page 8: ...mensionering van installaties met zuiginrichting Deze richtlijn is onderdeel van de ontwerpbeginselen van ELCO De zuigleiding wordt bij vierkante tanks tot 5 cm en bij cilindrische tanks tot 10 cm ove...

Page 9: ...haalverdeling Y kan de stand van de stuwschijf worden gecontroleerd De stand van de stuwschijf maat C komt overeen met de waarde op de schaal Y Het justeren op 0 wordt in de fabriek uitgevoerd Als bij...

Page 10: ...ikant en overeenkomstig eisen rookgaswegen ter voorkoming van condensatie Werkingscontrole Een veiligheidstechnische controle van de vlambewaking moet zowel bij de eerste inbedrijfstelling als ook na...

Page 11: ...rbindingen controleren op lekkages en tekenen van slijtage Eventueel vervangen De elektrische aansluitingen en verbindingskabels controleren op beschadigingen Eventueel vervangen Pompfilter controlere...

Page 12: ...ld thermostaten instellen of vervangen Brander start niet na thermostaatuitschakeling Er is geen storingsmelding op de branderautomaat Geen of te lage netspanning Storing van de automaat Oorzaak van t...

Page 13: ...gram gedurende 5 sec weergegeven Daarna verschijnt opnieuw de werkingsuitlezing De aanduiding van de olievoorraad is eveneens toegankelijk Sproeiergrootte veranderbare waarde 0 5 1 5 Pompdruk verander...

Page 14: ...ng oil and forced draught gas burners to the heat generator EN 60335 2 Safety of electrical equipment for domestic use Place of installation The burner must not be used in rooms exposed to aggressive...

Page 15: ...ressure nipple T1 Ignition transformer Y Graduated scale Y1 Solenoid valve 3 Air regulation in the burner head 5 Fastening screws for equipment plate 7 Mounting bracket 8 Housing 9 7 pin connecting so...

Page 16: ...15 seconds commences During the preventilation period the furnace is monitored for flame signals At the end of the preventilation period the fuel oil solenoid valve opens and the burner starts The ign...

Page 17: ...ions in the power supply or ambient temperature The design of the automatic combustion control unit protects it from the effects of brownouts Whenever the supply voltage drops below its rated minimum...

Page 18: ...e regulator integrated in the pump Pressure gauges for pressure measurements 4 and negative pressure measurements 5 must be connected before the equipment is commissioned 1 Suction intake connection 2...

Page 19: ...Terminal Designation Connector no Terminal Designation Connector no 1 Earth 11 14 Burner motor phase 4 2 Flame monitor signal 15 Earth 3 Live 16 Neutral 4 Remote release signal 20 17 L1 solenoid valve...

Page 20: ...83 For threshold values for suction line lengths and suction heights see the guideline for planning and dimensioning plants with suction installations This guideline is an integral part of the ELCO pl...

Page 21: ...an be controlled on dial Y The baffle plate position dimension C corresponds to the value on the Y scale It is adjusted to 0 in the factory If readjustment is required proceed as follows Remove the co...

Page 22: ...equirements demanded of flue gas ducts for avoiding condensation Operating check Flame monitoring must be checked for safety as part of initial commissioning and also after servicing or if the system...

Page 23: ...pumps oil feed tube and their con nections for leaks or signs of wear replace if necessary Check electrical connections and con nection cables for damage replace if necessary Check pump filter and cle...

Page 24: ...ssary Burner does not start after thermostat shutdown No malfunction indicated on the automatic combustion control unit Drop in supply voltage or power failure Control unit malfunction Check the cause...

Page 25: ...er confirming the last figure the complete pictogram is displayed for 5 seconds then the control unit returns to the operating screen The fuel oil stock indicator can be accessed Nozzle size value can...

Page 26: ...03 2011 Art Nr 4200 1016 4000C 26...

Page 27: ...03 2011 Art Nr 4200 1016 4000C 27...

Page 28: ...0 400010 ELCO Belgium nv sa Z 1 Researchpark 60 1731 Zellik 02 4631902 ELCOTHERM AG Sarganserstrasse 100 7324 Vilters 0848 808 808 ELCO GmbH Dreieichstr 10 64546 M rfelden Walldorf 0180 3526180 ELCO I...

Reviews: