BeDIenInG
NL
DiBO 21
1 GASREGELING:
De gasregeling gebeurt automatisch via de etC regeling. Bij niet bedienen van
het spuitpistool wordt de motor door de etC naar stationair toerental geregeld.
Bij bediening van het spuitpistool wordt de motor door de etC naar maximum
ingesteld toerental geregeld.
Opmerking: Gebruik de gashendel NOOIT
om de spuitdruk te regelen.
• starten en warmdraaien: Draai het sleutelcontact naar positie ‘2’.
sleutelcontact gaat automatisch terug naar positie ‘1’. als de motor niet start,
wacht dan 1 minuut voordat u de poging herhaalt. als de motor na twee
pogingen niet start, volgt u de oorzaak volgens diagnosetabel motor. Zorg
ervoor dat alle waarschuwingslampjes uit zijn vooraleer de motor draait.
laat de motor onbelast bij lage toeren warm kan lopen. Gebruik desgewenst
het trekkoord om handmatig te starten. Wanneer je manueel wil starten via
trekkoord -> sleutelcontact in positie ‘1’ zetten.
• Motor afzetten: laat de motor even op stationaire toeren draaien om te
koelen. Zet de sleutelschakelaar op positie
‘0’.
Zorg ervoor dat de machine wordt uitgezet (OFF) na de
spuitwerkzaamheden, als deze in ON positie blijft staan zal de batterij
leeglopen!
2 BRANDSTOFKLEP:
De brandstofmotor kan elektrisch worden uitgeschakeld via de brandstofklep.
3 SLEUTELCONTACT - ELEKTRISCH GESTART:
het sleutelcontact heeft drie standen en is gesitueerd op het
bedieningscompartiment:
• 0 = uit
• 1 = in bedrijfsstand (sturing wordt elektrisch aangezet, waarschuwingsindicator
aan)
• 2 = motor starten
De motorschakelaar dient op positie ‘2’ gedraaid te worden. Men dient deze
daar vast te houden (niet langer dan 5 sec) tot de motor aanslaat. Indien de
motor niet aanslaat, 10 seconden wachten, alvorens terug opnieuw te proberen.
nadien terug naar stand 1:on zetten.
4 BRANDSTOFDOP:
Bij de dieselmotor (en brander) kan er getankt worden door de vuldop van de
brandstoftank onderaan los te draaien (zie
“Visuele voorstelling” op pagina
5 TEMPERATUURCONTACT:
De olietemperatuur van de motor wordt uitgelezen, er verschijnt een melding
op de branderschakelaar. Indien deze temperatuur te hoog wordt, dan wordt de
motor uitgeschakeld.