43
dan plotseling hevig overkoken en
opspatten. Zorg ervoor dat er tijdens het
verwarmen altijd een lepel in de vorm
staat. Zo wordt kookvertraging
voorkomen.
Risico van letsel!
■
Wanneer er krassen op het glas van de
apparaatdeur zitten, kan dit springen.
Geen schraper, scherpe of schurende
schoonmaakmiddelen gebruiken.
Risico van letsel!
■
Ongeschikte vormen kunnen barsten.
Vormen van porselein en keramiek
kunnen kleine gaatjes hebben in de
handgrepen en deksels. Achter deze
gaatjes bevindt zich een lege ruimte. Als
er vocht in deze ruimte komt, kan dit
barsten veroorzaken in de vormen. Alleen
vormen gebruiken die geschikt zijn voor
de magnetron.
Oorzaken van schade
Attentie!
■
Sterk vervuilde dichting: Als de dichting sterk vervuild is, sluit
de deur tijdens het gebruik niet meer goed. De
aangrenzende voorzijden van meubels kunnen worden
beschadigd. De dichting altijd schoon houden.
■
Gebruik van de magnetron zonder etenswaar: Wordt het
toestel gebruikt zonder etenswaar erin, dan leidt dit tot
overbelasting. Het toestel nooit inschakelen als er geen
gerecht in de binnenruimte staat. Een uitzondering hierop is
de korte serviestest, zie het hoofdstuk Magnetron, servies.
■
Magnetron-popcorn: Nooit een te hoog magnetronvermogen
instellen.Maximaal 600 watt gebruiken.De popcornzak altijd
op een glazen bord leggen. Door overbelasting kan de ruit
springen.
■
Overgekookte vloeisof mag niet door de aandrijving van de
draaischijf binnen in het toestel komen. Houd het
bereidingsproces in de gaten. Stel eerst een korte
bereidingsduur in en verleng deze wanneer nodig.
■
De magnetron nooit gebruiken zonder draaischijf.
Opstellen en aansluiten
Dit toestel is alleen voor huishoudelijk gebruik bestemd.
Dit toestel is uitsluitend bestemd voor inbouw.
Houd u aan het speciale installatievoorschrift.
Het toestel kan in een 60 cm brede bovenkast worden
ingebouwd (minstens 30 cm diep en 85 cm boven de vloer).
Het toestel is aansluitklaar en mag alleen worden aangesloten
op een volgens de voorschriften geïnstalleerd geaard
stopcontact. De beveiliging dient 10 ampère (L
of B
automaat)
te bedragen. De netspanning dient overeen te komen met de
spanning die op het typeplaatje is aangegeven.
Het stopcontact mag alleen worden aangelegd en de
aansluitleiding alleen worden vervangen door een
elektrotechnicus. Wanneer de stekker na het inbouwen niet
meer toegankelijk is, moet een schakelaar met een
contactafstand van minstens 3 mm worden geïnstalleerd.
U mag geen multistekkers, stopcontactdozen en verlengkabels
gebruiken. Bij overbelasting bestaat het risico van brand.
Summary of Contents for CN151151
Page 1: ......
Page 2: ......
Page 3: ......
Page 4: ......
Page 5: ......
Page 6: ......
Page 7: ......
Page 8: ......
Page 9: ......
Page 10: ......
Page 11: ......
Page 12: ......
Page 13: ......
Page 14: ......
Page 15: ......
Page 16: ......
Page 17: ......
Page 18: ......
Page 19: ......
Page 20: ......
Page 21: ......
Page 22: ......
Page 23: ......
Page 24: ......
Page 25: ......
Page 26: ......
Page 27: ......
Page 28: ......
Page 29: ......
Page 30: ......
Page 31: ......
Page 32: ......
Page 33: ......
Page 34: ......
Page 35: ......
Page 36: ......
Page 37: ......
Page 38: ......
Page 39: ......
Page 40: ......
Page 41: ......
Page 42: ......
Page 43: ......
Page 44: ......
Page 45: ......
Page 46: ......
Page 47: ......
Page 48: ......
Page 49: ......
Page 50: ......
Page 51: ......
Page 52: ......
Page 53: ......
Page 54: ......
Page 55: ......
Page 56: ......