
P/N 466-
2915 (ML) • REV C • ISS 11DEC20
35 / 54
3-Bediendeelverlichting Opties
0-Einde, Menu:
➔
Bediendeelverlichting Aan
*-Wijzig,#-Einde
4-Uitgangsverzoek(RTE)
0-Einde, Menu:
➔
Enkel RTE
*-Wijzig,#-Einde
5-Gereserveerd
0-Einde, Menu:
6-Fabrieksinstellingen
0-Einde, Menu:
➔
Instellen Fabriekswaarden?
*-Ja, #-Nee
7-Beveiligingsmode
0-Einde, Menu:
➔
Niet Beveiligde Mode
*-Wijzig,#-Einde
8-Knipperen Geldige Kaart
0-Einde, Menu:
➔
Knipperen Actief
*-Wijzig,#-Einde
9-Protocol Opties
0-Einde, Menu:
➔
Wiegand
*-Wijzig,#-Einde
10-Kaart Beep Opties
0-Einde, Menu:
➔
Kaart Beep Actief
*-Wijzig,#-Einde
11-Optie Kaart
0-Einde, Menu:
➔
Optie Kaart Actief
*-Wijzig,#-Einde
12-Laatste Kaart
0-Einde, Menu:
➔
FC=1, ID=1
#-Einde
Programmeeropties
De ATS1110-N, ATS1111-N, ATS1115-N en ATS1116-
N beschikken over een menu waarmee een aantal opties
kunnen worden ingesteld.
U gaat als volgt naar het programmeermenu voor de
ATS111x-N-bediendelen:
1. Ga naar menu 28 van het installateursmenu in het
controlepaneel.
2. Druk op 2, Enter, gevolgd door het geselecteerde GI-
adres en druk daarna op Enter om het GI-menu te
openen. Op het display verschijnt nu de tekst
“Carrier
F&S, RAS111x
” (x is 0, 1, 5 of 6, afhankelijk van het type
bediendeel), gevolgd door het versienummer.
3. Druk op Enter om door te gaan naar het menu of druk op
het menu-nummer en daarna op Enter om rechtstreeks
naar een menu-optie te gaan.
Menu 1, Geldige Kaart LED Opties
Sturing van de blauwe toegangs-LED (standaard
ingeschakeld). De blauwe toegangs-LED kan worden
uitgeschakeld.
Menu 2, Nachtverlichting Opties
Dankzij de gedimde verlichting (nachtverlichting), welke
afkomstig is van de bediendeelverlichting, is het bediendeel
beter zichtbaar op donkere locaties (standaard ingeschakeld).
Menu 3, Bediendeelverlichting Opties
De bediendeelverlichting is actief om de toetsen in het donker
te verlichten (standaard ingeschakeld). U kunt de
bediendeelverlichting uitschakelen.
Menu 4, Uitgangsverzoek (RTE)
De GI is uitgerust met een uitgangsverzoek ingang (Request
To Exit of RTE) (met het label IN) op de aansluitconnector. De
OUT (open collectoruitgang) kan worden gebruikt om een
deurrelais te besturen.
Hierbij hebt u de keuze uit drie opties:
•
Enkel RTE: Voor deze optie moet een gewone drukknop
op de IN-
ingang worden aangesloten. Met één druk op de
knop wordt het deurvergrendelingsrelais vrijgegeven.
Wordt gebruikt om een gebied snel te verlaten (standaard
ingeschakeld).
•
RTE+IN/UITschakelen: Niet gebruiken.
•
RTE Niet Actief: Wanneer de IN-ingang niet wordt
gebruikt, is het raadzaam deze uit te schakelen.
Menu 5, Gereserveerd
Gereserveerd voor later gebruik.
Menu 6, Fabrieksinstellingen
Met deze optie stelt u alle GI-instellingen weer op de
fabrieksinstellingen in. De instellingen worden weer op de
beginwaarden ingesteld.
Menu 7, Beveiligingsmode (alleen ATS1115-N / ATS1116-
N)
Met deze optie selecteert u het type gebruikerskaart dat de
ATS1115-N- en ATS1116-N-kaartlezer zal herkennen.
De lezer zal de configuratie- en standaardkaarten in beide
modi herkennen. Dit zijn de mogelijke modi:
•
Niet Beveiligde Mode (standaardinstelling): De lezer zal
alleen lege of niet-geprogrammeerde kaarten herkennen,
met behulp van het unieke serienummer (ruwe
kaartgegevens) van de kaart. Hierbij wordt het kaart
beveiligingswachtwoord van 4 bytes niet gebruikt. Voor
de niet-beveiligde mode is het gebruik van een IUM
geheugenuitbreiding vereist.
•
Beveiligde Mode: Alleen kaarten die door
de ATS1620/1621/1622 zijn geprogrammeerd, zullen in
deze mode worden herkend. Hierbij wordt het
beveiligingswachtwoord van 4 bytes gebruikt.
Menu 8, Knipperen Geldige Kaart (alleen ATS1115-N /
ATS1116-N)
Met deze optie kunt u het knipperen van de blauwe LED
inschakelen (standaardinstelling) of uitschakelen dat in werking
treedt wanneer een ATS1115-N- of ATS1116-N-lezer een
geldige kaart detecteert.
Menu 9, Protocol Opties (alleen ATS1115-N / ATS1116-N)
Met deze optie selecteert u de methode waarmee een
ATS1115-N- of ATS1116-N-lezer data naar het bediendeel
verzendt. Daarbij kunt u kiezen uit de volgende opties:
•
Wiegand: Smart Card-data worden standaard verzonden
met het wiegand-protocol. De programmering van