38
Meetbereik
Resolutie
Nauwkeurigheid v/d meting
2 nF
1 pF
± (1,9 % meet 8 digits)
20 nF
10 pF
± (1,9 % meet 8 digits)
200 nF
100 pF
± (1,9 % meet 8 digits)
2 µF
1 nF
± (1,9 % meet 8 digits)
20 µF
10 nF
± (1,9 % meet 8 digits)
200 µF
100 nF
± (1,9 % meet 8 digits)
2 mF
1 µF
± (1,9 % meet 8 digits)
< 10 digits bij wisselende metingen
7.8 Frequentiebereik
Beveiliging tegen overbelasting bij frequentiemetingen: 600 V
eff
.
Minimale gevoeligheid > 25 ns: begrenzing arbeidscyclus > 30 % en < 70 %.
Meetbereik Resolutie
Nauwkeurigheid v/d meting voor max. 5 V
eff
Gevoeligheid
2 kHz
1 Hz
± (0,01 % meet 1 digits)
> 1,5 < 5 V
eff
20 kHz
10 Hz
± (0,01 % meet 1 digits)
> 1,5 < 5 V
eff
200 kHz
100 Hz
± (0,01 % meet 1 digits)
> 1,5 < 5 V
eff
2 MHz
1 kHz
± (0,01 % meet 1 digits)
> 2 < 5 V
eff
20 MHz
10 kHz
± (0,01 % meet 1 digits)
> 2 < 5 V
eff
7.9 Temperatuurbereik °C
Een temperatuurmeting is alleen met bijgevoegde temperatuuradapter mogelijk.
Beveiliging tegen overbelasting bij temperatuurmetingen: 600 V
eff
.
Meetbereik
Resolutie
Nauwkeurigheid v/d meting
-20 °C ~ 0 °C
1 °C
± (2 % + 4 °C)
1 °C ~ 100 °C
1 °C
± (1 % + 3 °C)
101 °C ~ 500 °C
1 °C
± (2 % + 3 °C)
501 °C ~ 800 °C
1 °C
± (3 % + 2 °C)
7.10 Temperatuurbereik °F
Een temperatuurmeting is alleen met bijgevoegde temperatuuradapter mogelijk.
Beveiliging tegen overbelasting bij temperatuurmetingen: 600 V
eff
.
Meetbereik
Resolutie
Nauwkeurigheid v/d meting
-4 °F ~ 32 °F
1 °F
± (2 % + 8 °F)
33 °F ~ 212 °F
1 °F
± (1 % + 6 °F)
213 °F ~ 932 °F
1 °F
± (2 % + 6 °F)
933 °F ~ 1472 °F
1 °F
± (3 % + 4 °F)
8. Meten met de ZA-TEC ZA 1-3
8.1 Voorbereiding van de metingen
Gebruik en bewaar de ZA-TEC ZA 1-3 uitsluitend bij de aangegeven werk- en
opslagtemperaturen. Niet blootstellen aan direct zonlicht.
- Controleer de gegevens op de veiligheidsmeetsnoeren ten aanzien van no-
minale spanning en stroom. Origineel met de ZA-TEC ZA 1-3 meegeleverde
snoersets voldoen aan de te stellen eisen.
- Controleer de isolatie van de veiligheidsmeetsnoeren. Beschadigde meets-
noeren direct verwijderen.
- Veiligheidsmeetsnoeren testen op correcte doorgang. Indien de ader in het
snoer onderbroken is, het meetsnoer direct verwijderen.
- Voordat met de draaischakelaar
een andere functie gekozen wordt,
dienen de meetsnoeren van het meetpunt te worden afgenomen.
- Storingsbronnen in de omgeving van de ZA-TEC ZA 1-3 kunnen leiden tot
instabiele aanduiding en/of meetfouten.
8.2 Spannings- en stroommeting
Let op de maximale spanning t.o.v. aarde!
Gevaarlijke spanning!!
De hoogste spanning die aan de contactbussen
11/ 2016
ZA-TEC ZA 1-3