Het volume en de toonbalans bewerken (MIXING CONSOLE)
CVP-305/303/301 Gebruikershandleiding
85
V
oices gebruiken, cre
ëren en bewerken
6
Selecteer het gedeelte waarop u het effect wilt toepassen met de
knoppen [3
π
π
π
π†
†
†
†
]/[4
π
π
π
π†
†
†
†
].
7
Selecteer de effect-CATEGORY met de knoppen [5
π
π
π
π†
†
†
†
]/[6
π
π
π
π†
†
†
†
].
8
Selecteer het effect-TYPE met de knoppen [7
π
π
π
π†
†
†
†
]/[8
π
π
π
π†
†
†
†
].
Als u de effectparameters wilt bewerken, gaat u verder met de volgende handeling.
■
Het geselecteerde effect bewerken en opslaan
9
Druk op de knop [F] (PARAMETER) om de display op te roepen voor
het bewerken van de effectparameters.
10
Als u in stap 5 een van de DSP 2–4-effectblokken heeft geselecteerd:
U kunt zowel de standaardparameters als de variatieparameter bewerken.
Druk op de knop [B] om het standaardtype parameter te selecteren. Druk op
de knop [E] om de variatieparameter te selecteren.
Effect Block
Effect-applicable parts
Effect characteristics
REVERB
All parts
Reproduces the warm ambience of playing
in a concert hall or jazz club.
CHORUS
All parts
Produces a rich “fat” sound as if several
parts are being played simultaneously.
DSP1
STYLE PART
SONG CHANNNEL 1–16
In addition to the Reverb and Chorus types,
the Clavinova has special DSP effects, that
include additional effects usually used for a
specific part, such as distortion and tremolo.
DSP2
DSP3
RIGHT 1, RIGHT 2, LEFT,
SONG CHANNEL 1–16
Any unused DSP blocks are automatically
assigned to the appropriate parts (channels)
as needed.
DSP4
RIGHT 1, RIGHT 2, LEFT,
SONG CHANNEL 1–16,
MIC (CVP-305/303)