De geregistreerde paneelsetups oproepen
CVP-305/303/301 Gebruikershandleiding
125
Zelfgemaakte paneelsetups registreren en terughalen
Druk op een van de REGISTRATION MEMORY-knoppen [1]–[8] op het
paneel en druk vervolgens op de knop [6
π
π
π
π†
†
†
†
] (INSERT) om het
nummer in te voeren.
• Het nummer vervangen
Druk op de knop [5
π†
] (REPLACE) om het nummer bij de
cursorpositie te vervangen door het huidige geselecteerde Registration
Memory-nummer.
• Het nummer verwijderen
Druk op de knop [7
π†
] (DELETE) om het nummer bij de cursorpositie
te verwijderen.
• Alle nummers verwijderen
Druk op de knop [8
π†
] (CLEAR) om alle nummers in de volgorde te
verwijderen.
6
Druk op de knop [F] om de functie Registration Sequence in te
schakelen.
7
Druk op de knop [EXIT] om terug te keren naar de hoofddisplay en
bevestig hier of de Registration Memory-nummers worden
opgeroepen volgens de hiervoor geprogrammeerde sequence.
• Gebruik de knop TAB [
®
] om de Registration Memory-nummers op te
roepen in de volgorde van de sequence, of gebruik de knop TAB [
√
] om
ze in omgekeerde volgorde op te roepen. De knoppen TAB [
√
] [
®
]
kunnen alleen worden gebruikt voor Registration Sequence als de
hoofddisplay is opgeroepen.
• Als de pedaalwerking is ingesteld bij stap 3, kunt u een pedaal gebruiken
om de Registration Memory-nummers op volgorde op te roepen. Het
pedaal kan worden gebruikt voor Registration Sequence ongeacht welke
display is opgeroepen (met uitzondering van de display in stap 3
hierboven).
De Registration Sequence-instellingen opslaan
De instellingen voor de Sequence-volgorde en het gedrag van Registration
Sequence bij het bereiken van het einde van de sequence (SEQUENCE END)
maken deel uit van de Registration Memory-bankfile. Sla, om uw nieuwe
geprogrammeerde Registration Sequence op te slaan, de huidige Registration
Memory-bankfile op.
1
Druk op de knop REGISTRATION MEMORY [REGIST. BANK] om de
REGISTRATION BANK-selectiedisplay op te roepen.
2
Druk op de knop [6
†
†
†
†
] om de bankfile (pagina 63) op te slaan.
LET OP
Instellingen in de display
REGISTRATION SEQUENCE
worden automatisch
opgeslagen naar het
instrument zodra u de display
verlaat. Als u echter het
instrument uitzet zonder
deze display te verlaten,
zullen de instellingen
verloren gaan.
Teruggaan naar de eerste
Sequence met één handeling
Druk in de hoofddisplay
gelijktijdig op de knoppen
TAB [
√
] en [
®
]. Hierdoor wordt
het momenteel geselecteerde
Sequence-nummer geannuleerd
(de indicator rechtsbovenin gaat
uit). De eerste Sequence wordt
geselecteerd door te drukken
op een van de knoppen
TAB [
√
]/[
®
] of door het
pedaal in te drukken.
De Registration Sequence wordt rechtsboven in de
hoofddisplay aangegeven, waardoor u het momenteel
geselecteerde nummer kunt controleren.
LET OP
Denk eraan dat alle
Registration Sequence-data
verloren gaan als een andere
Registration Memory-bank
wordt gekozen, tenzij u deze
heeft opgeslagen met de
Registration Memory-
bankfile.