63
Tips voor werken met uw
decoupeerzaag
Als uw decoupeerzaag te heet wordt, vooral bij het gebruik op een
lage snelheid, moet u de snelheid maximaal zetten en het apparaat 2-
3 minuten zonder lading laten draaien om de motor af te laten koelen.
Vermijd langdurig gebruik op zeer lage snelheden.
Gebruik een zaagblad dat geschikt is voor het materiaal dat en de
materiaaldikte die gezaagd moet worden.
Zorg er altijd voor dat het werkobject stevig vastgeklemd zit om
bewegingen te voorkomen.
Gebruik, voor makkelijkere controle, lage snelheden om het zagen
te starten, en verhoog dan naar de juiste snelheid. Elke beweging
van het materiaal kan de kwaliteit van de snede beïnvloeden. Het
zaagblad zaagt met een opwaartse beweging en kan het bovenste
oppervlak van de randen van het werkobject versplinteren bij het
zagen. Zorg ervoor dat het bovenste oppervlak niet zichtbaar is als u
klaar bent.
Om uw werkstuk gemakkelijker te beheersen, sta u met een lage
snelheid. Voor daarna de snelheid op tot de juiste snelheid is bereikt.
Om storingen bij het gebruik te vermijden, zaagt u gipsplaat niet van
onderen of boven uw hoofd.
De geleideroller moet geregeld gecontroleerd worden op slijtage en
met een drupje olie gesmeerd worden. Is hij vesleten, dan moet hij
vervangen worden.
PARALLELGELEIDER (Zie Afbeelding E)
Met de parallelgeleider (13) kunt u nauwkeurig zagen langs een
werkstukrand en stroken op dezelfde maat zagen.
1
LAMINAAT ZAGEN
Gebruik een fijn zaagblad bij het zagen van laminaat en dunne houten
materialen.
Klem, om het afbreken van stukken hout aan de zijkant te voorkomen,
stukken overbodig hout aan beide kanten tijdens het zagen.
CIRKELS ZAGEN
Gebruik de slingeractie niet als u nauwe cirkels of hoeken zaagt.
INVALLEND ZAGEN (Zie Afbeelding F, G)
Uitsluitend zachte materialen als hout, gasbeton, gipsplaat e. d.
mogen invallend worden gezaagd!
Gebruik alleen korte zaagbladen.
Plaats de machine met de voorste rand van de voetplaat op het
werkstuk en schakel de machine in. Duw de machine stevig tegen
het werkstuk en laat het zaagblad langzaam in het werkstuk invallen.
Zaag verder langs de zaaglijn zodra de voetplaat over het hele
oppervlak aansluit.
METAALSNIJDEN
Gebruik een fijner zaagblad voor ijzerhoudende metalen en een ruw
zaagblad voor ijzerloze metalen. Klem, wanneer u dunne metalen
bladen snijden, altijd hout aan beide kanten van het blad om trilling
te verminderen of scheuren van het metaal te voorkomen. Hout
en metalen bladen moeten beiden gesneden worden. Forceer het
snijblad niet wanneer u dun metaal of staalblad snijdt aangezien
dit hardere materialen zijn en het langer duurt deze te snijden.
Overmatige kracht op het blad vermindert de levensduur van het blad
of beschadigt de motor. Voeg een beetje smeer toe bij de snijlijn om
de warmte te verminderen tijdens het metaalsnijden.
2
3
4
5