101002.01
3
Ruitenwisserbediening
Ruitensproeierschakelaar
Door de
schakelaar éénmaal in te
drukken zal volledig automatisch het wis-
was-programma worden uitgevoerd:
- 3 seconden ruitensproeien
- minimaal 3 wisslagen met gelijktijdig
ruitensproeien,
- 3 slagen nawissen.
Door de
schakelaar in te drukken,
en ingedrukt te houden, zal het wissen
met gelijktijdig ruitensproeien ingescha-
keld blijven.
Alle ruitenwissers zullen
wissen, ongeacht de stand van de wis-
serschakelaar!
Status lamp
SPEED
De
statuslamp
in de functieschakelaar
toont de status van ruitenwisserbediening:
Aan: de ruitenwisserbediening is actief,
Uit: de ruitenwisserbediening is niet actief,
Snel knipperen: de voedingspanning is te
laag of een interne fout,
Twee ‘knipper reeksen’: weergave gese-
lecteerd programma.
Wordt getoond indien een ander pro-
gramma is ingesteld, en nadat de ruiten-
wisserbediening is ingeschakeld.
Status led
De status led op de regel-
eenheid (deze bevindt zich
tussen de + en – accu-
aansluitingen) toont de
status van de ruitenwisserbediening:
-Groen: de ruitenwisserbediening is actief
-Groen knipperen : de voedingspanning
is te laag,
- Rood: een interne fout,
- Uit: de ruitenwisserbediening is niet actief.
Installatie
Regeleenheid
Monteer de regeleenheid bijvoorkeur op
een plaats zo dicht mogelijk bij de rui-
tenwissermotoren. De bedrading naar de
motoren kan dan kort blijven. Monteer de
regeleenheid op een DIN rail TS35 (zie
pag. 27)
Schakelaars
Plaats de schakelaars op een plaats waar
de gebruiker deze gemakkelijk kan bedie-
nen. Installeer de functieschakelaar en
voor elke wissermotor een (1) aan-uit scha-
kelaar.
De schakelaars zijn waterdicht en voor-
zien van een pakking.
De schakelaars kunnen direct in een
instrumentenpaneel ingebouwd worden,
maar men kan ook gebruik maken van het
meegeleverde inbouwpaneel.
Indien bij gebruik van het meegeleverde
inbouw paneel niet alle schakelaars nodig
zijn kunnen de lege gaten worden afge-
werkt met de meegeleverde blindplaten.
De inbouwpanelen hebben geen pakking.
Maak met behulp van de meegeleverde
mal een gat in het instrumentenpaneel.
Aansluitingen
Voor het aansluitschema zie pag. 24.
Voedingsspanning
De ruitenwisserbediening is geschikt voor
zowel 12 als 24 Volt gelijkspanning.
De spanning waarvoor de ruiten-
wissermotoren geschikt zijn
moet overeenkomen met de
boordspanning (12 Volt of 24
Volt).
D
N
G
D
N
G
D
N
G
D
N
G
-
+
STATUS
T
S
K
R
W
T
S
K
R
W
T
S
K
R
W
T
S
K
R
W
T
S
NEDERLANDS