www.topro.no
21
TROJA CLASSIC
NL
NL
Aanpassen / controleren van de remmen
6
Aanpassen/controleren: Draai de moer naast de rem los A. Breng de remkabel op spanning B door de stelschroef te
verstellen C Pas beide remblokken aan zodat de afstand tot het wieloppervlak ongeveer 1 mm is D Zorg ervoor dat
de remmen niet te strak worden afgesteld waardoor ze mogelijk hard in het rubber drukken als de parkeerrem wordt
gebruikt. Onderhoud van de remmen: Maak regelmatig het remblok G en de remveer H schoon. De wielen kunnen
worden vervangen als ze versleten of beschadigd zijn.
Het gebruik van de remmen
2
Controleer altijd de remmen voor gebruik. De remhendel E aan de linker en rechterzijde, remmen aan de overeen-
komstige zijde op het achterwiel. De wielen zijn gemaakt van een speciaal rubber dat een optimale remcapaciteit
geeft op gladde oppervlakten. Verkeerd gebruik kan onveilige situaties en schade aan de rollator veroorzaken.
De
rollator mag niet met kracht worden geduwd als de remmen in parkeerrempositie staan of de remmen gedeeltelijk in
werking zijn.
Dit wijst op onjuist gebruik en kan slijtage en scheuringen veroorzaken aan de rem en wielen wat de
kwaliteit verminderd. Parkeerremmen: Duw beide remhendels A naar beneden tot ze vast staan. Beide achterwielen
staan nu geblokkeerd. Trek beide remhendels omhoog om de parkeerremmen weer vrij te geven. Remmen: Om te
remmen terwijl u rijdt, dient u de remhendels B op te trekken.
Gebruik de remmen niet voortdurend terwijl u zich met de
rollator voortbeweegt. Dit veroorzaakt ongewenste slijtage aan de wielen.
Zitting // Netje
7
De parkeerremmen moeten in rempositie staan voordat u gebruik maakt van de zitting A. Duw beide remhendels B
naar beneden tot ze vast staan. Beide achterwielen zijn nu geblokkeerd. De zitting geeft u de mogelijkheid te gaan
zitten met uw rug naar het boodschappennetje C. Het boodschappennetje D kan verwijderd en schoongemaakt
worden (40° C).
Anti stootrand // Drempelhulp functie
8
De stootrand A is geplaatst voor de achterwielen en voorkomt dat u blijft hangen achter de deurpost, meubels etc.
Om een stoep of drempel te overbruggen, zet u uw voet op de steun B aan het achterwiel en duwt u uw voet naar
beneden. Hierdoor zullen de voorwielen omhoog gaan en kunt u eenvoudig uw weg vervolgen. NB!: Wees voor-
zichtig bij het op- en afgaan van stoepranden en andere kleine obstakels. Gebruik de rollator niet op trappen.
Het vervoeren van de rollator
9
De rollator dient niet te worden opgetild bij het opklapkoord of de remkabel. Vouw de rollator samen zoals getoond
in de illustratie. Til de rollator op bij de opgevouwen transporthandvatten A.
Transport
De rollator dient in de ingeklapte en vergrendelde positie te worden getransporteerd (zie paragraaf
Uitklappen en
inklappen
). Zorg ervoor dat de rollator zich niet onverwachts kan uitklappen. Wees voorzichtig bij het laden van de
rollator in een voertuig, let erop dat de rollator goed vergrendeld is.
Opslag
De rollator moet in staande positie worden opgeslagen. Hij kan ook buiten onder een afdak opgeslagen worden.
Materiaal // Afvoeren van de rollator
De rollator is gemaakt van aluminium, plastic en polyester. De meeste delen kunnen gerecycled worden. Voer de
rollator af volgens de geldende voorschriften in uw land. Voor informatie kunt u contact opnemen met uw gemeente.
Reinigen
De rollator kan gestoomd, afgespoten en gewassen worden met normale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, stoom- of hogedruk reinigers.
Desinfecteren
Reinigen met een desinfectiemiddel dient u aan de daartoe bevoegde personen over te laten, door het dragen van
voldoende beschermende uitrusting. Voor het desinfecteren van de rollator dient u desinfectiemiddel te gebruiken
dat 70–80 % Ethanol bevat. Wij raden u af om desinfectiemiddelen te gebruiken die chloor of fenol bevatten.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden indien er schade ontstaat door verkeerd reinigen, desinfecteren of
reiniging uit gevoerd door onbevoegde personen.