21
VEILIGHEID
AUTOMATISCHE DIAGNOSTISCHE LADER VOOR 12V LOOD-ZUURACCU’S
VAN 15AH - 192AH.
NIET GEBRUIKEN VOOR NiCd, NiMH, Li-Ion OF NIET-
OPLAADBARE DROGE CELBATTERIJEN.
BELANGRIJK: LEES DE ONDERSTAANDE INSTRUCTIES ALVORENS DE LADER TE
GEBRUIKEN
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (ook kinderen) met fysische, zintuigelijke
of mentale beperkingen, of gebrek aan ervaring of kennis, tenzij onder toezicht of met begeleiding
betreffende het gebruik van het apparaat door een persoon die instaat voor hun veiligheid. Men
dient erop toe te zien dat kinderen niet spelen met het apparaat.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWING EN OPMERKINGEN:
Accu's geven EXPLOSIEVE GASSEN vrij - voorkom vlammen of
vonken in de buurt van accu's.
Ontkoppel de wisselstroomvoeding alvorens de verbinding tussen de accu en de gelijkstroom te maken of te verbreken. Accuzuur is uiterst
corrosief. Draag beschermende kledij en oogbescherming en vermijd contact. In geval van contact, onmiddellijk wassen met zeep en water.
Controleer of de accu goed stevig in elkaar zit, laat de accu anders door een professional nakijken. Indien de accu gecorrodeerd is, moet u
dit schoonmaken met een koperen borstel; vet of vuil verwijdert u met een licht vochtige vod die in detergent werd gedrenkt. Gebruik de
lader alleen wanneer de leidingen en koppelstukken in goede en onbeschadigde toestand verkeren. Indien de voedingskabel beschadigd is,
moet u deze onmiddellijk door de fabrikant, diens gemachtigde vertegenwoordiger of een erkend atelier laten vervangen om gevaar te
vermijden. Bescherm uw lader tegen zuren en zure dampen en tegen vochtige omstandigheden tijdens gebruik en opslag. Schade als
gevolg van corrosie, oxidatie of interne kortsluiting wordt niet gedekt door de garantie. Zet de lader tijdens het laden weg van de accu om
contaminatie te vermijden of blootstelling aan zuren of zure dampen. Indien de lader horizontaal wordt gebruikt, moet u hem op een hard en
effen oppervlak plaatsen maar NIET op plastic, textiel of leer. Gebruik de bevestigingsgaten in de behuizing om de lader te bevestigen op
een geschikt en stevig verticaal oppervlak.
BLOOTSTELLING AAN VLOEISTOFFEN:
De lader is ontworpen om oppervlakkige blootstelling aan van bovenaf per ongeluk
gemorste vloeistoffen of lichte regenval te kunnen weerstaan. Het is niet aangeraden om de lader langere tijd hieraan bloot te stellen. De
lader beschikt over een langere levensduur indien u deze blootstelling tot een minimum kan beperken. Het falen van de lader door oxidatie,
als gevolg van mogelijke penetratie door vloeistoffen in de elektronische componenten,
verbindingsstukken of stekker is niet gedekt door de garantie.
AANSLUITING VAN DE ACCU:
Er worden 2 onderling vervangbare aansluitsets geleverd, één heeft krokodilklemmen voor het
laden van de accu buiten het voertuig, de andere heeft metalen klepjes met ogen voor permanente aansluiting op de accu en een afsluitbare
waterdichte kap op de connector die verbonden wordt met de lader. Dankzij deze set kunt u de lader gemakkelijk en veilig aansluiten om
de accu op het voertuig te houden. De herbruikbare waterdichte kap is bedoeld om de connector te beschermen tegen vuil en vocht
wanneer de lader niet is aangesloten. Raadpleeg een professionele onderhoudstechnicus voor hulp bij het bevestigen van de metalen
oogjes. Zet de connector vast met de waterdichte kap zodat hij geen bewegende delen van het voertuig kan belemmeren en dat de kabel
niet geklemd kan raken of beschadigd wordt door scherpe randen. De zekering in de verbindingsset beschermt de accu tegen toevallige
kortsluiting doorheen positieve en negatieve geleiders. Vervang gesmolten zekeringen enkel door een gelijkaardige nieuwe zekering van
15A.
DE LADER AANSLUITEN OP DE ACCU
1.
De stekker van de lader mag niet in het stopcontact zitten, wanneer gelijkstroom-/accuverbindingen gemaakt of verbroken worden.
2.
Indien u een accu in een voertuig met accuklemmen gaat opladen, dient u, voordat u de lader aansluit, te controleren of de
accuklemmen veilig en op voldoende afstand van de omringende bedrading, metalen buizen en het chassis geplaatst kunnen worden.
Sluit de lader aan in deze volgorde: Sluit eerst de pool van de accu aan die niet verbonden is met het chassis (meestal positief), sluit
daarna de andere accuklem aan (meestal negatief) op het chassis op ruime afstand van de accu en de brandstofleiding. Ontkoppel de
lader in omgekeerde volgorde.
3.
Plaats de accu in een goed geventileerde ruimte wanneer u een accu met accuklemmen buiten het voertuig gaat opladen. De lader
aansluiten op de accu: RODE klem op de POSITIEVE (POS, P of +) pool en ZWARTE klem op de NEGATIEVE (NEG, N of –) pool. Zorg dat
de klemmen stevig en veilig zijn bevestigd. Een goed contact is belangrijk.
4.
Als de accu zwaar ontladen (en mogelijk gesulfateerd) is, dient de accu uit het voertuig verwijderd en gecontroleerd te
worden voordat er een poging ondernomen wordt om de accu te herstellen.
Controleer de accu visueel op mechanische
defecten zoals vormverwijding, gescheurde behuizing of tekenen van elektrolytlekkage. Als de accu vuldoppen heeft en de platen in