ONDERHOUDS- EN REINIGINGSINSTRUCTIES
WAARSCHUWING
De luchtbevochtiger dient vóór elk gebruik te worden gereinigd.
1. Koppel alle slangen los van de luchtbevochtiger.
2. Demonteer de bevochtigingskamer door elk van de schuifvergrendelingen (
)
(
afbeelding 6
) in de open stand te zetten en het deksel van de kamer te verwi-
jderen.
3. Als de sluitring moet worden verwijderd van de kamer, gebruikt u hiervoor een stomp
voorwerp. Zorg ervoor dat u de sluitring bij het verwijderen niet doorsnijdt of uitrekt.
OPMERKING–
De sluitring moet worden verwijderd als u de kamer in de afwasmachine
stopt.
4. Reinig de slang, sluitring, kamerdeksel en kamer in een oplossing van warm water en
een mild afwasmiddel. Spoel de verschillende onderdelen goed schoon en laat ze dro-
gen voordat u ze opnieuw gaat gebruiken.
Als de onderdelen van de luchtbevochtiger schoon en droog zijn, zet u de luchtbevochtiger
als volgt opnieuw in elkaar:
1. Vervang de sluitring in de groef voor de sluitring langs de rand van de kamer. Zorg
ervoor dat de sluitring zich over de volledige lengte in de groef bevindt.
2. Plaats het deksel op de kamer door eerst alle schuifvergrendelingen (
) in de
geopende stand te zetten (
afbeelding 6
).
3. Plaats het deksel op de kamer en sluit de schuifvergrendelingen (
) (
afbeelding
7
). Inspecteer de sluitring en controleer of deze correct is aangebracht.
4. Sluit de 38 cm lange aansluitslang en het patiëntcircuit opnieuw aan op de
aansluitingen van de bevochtiger.
OPMERKING–
Het deksel van de kamer van de luchtbevochtiger en de kamer zelf kunnen
worden schoongemaakt met behulp van de vaatmachine mits zij in het
bovenste rek worden geplaatst. De slangen en sluitring zijn niet geschikt
voor gebruik in de vaatmachine. U wordt geadviseerd de luchtbevochtiger
afzonderlijk te wassen bij een watertemperatuur van minimaal 54ºC. Spoel
het kamerdeksel en de kamer zorgvuldig schoon nadat u ze uit de vaatma-
chine hebt gehaald en laat ze drogen.
VOORZICHTIG–
Gebruik geen bleekmiddel of oplossingen met chloor, alcohol of aromatische
stoffen, met inbegrip van geparfumeerde oliën, om de luchtbevochtiger of
slang te reinigen. Deze oplossingen kunnen de levensduur van het product
beperken. Stel de slang en de luchtbevochtiger niet bloot aan direct zon-
licht, omdat deze dan hard kunnen worden en barsten.
A-9100
26
N e d e r l a n d s
O n d e r h o u d s – e n R e i n i g i n g s i n s t r u c t i e s
Afbeelding 7
Afbeelding 6