37
Zelftest
Steek de stekker in het stopcontact. De waarschuwingsindicatie (4) en de bed-
rijfsindicatie (3) branden na elkaar ca. 1 seconde, de ingebouwde ventilator
draait ca. 5 seconden.
Gebruik
Accu-pack laden
Accupack volledig, tot de aanslag op de schuifbevestiging (2) schuiven.
Het indicatielampje (3) knippert.
Aanwijzing:
Om bij Li-Ion-accupacks de laadtoestand te laten weergeven eerst het accu-
pack uit de acculader nemen en vervolgens op de knop van het accupack druk-
ken.
Zodra het accu-pack volledig is geladen, gaat de bedrijfsindicatie (3) constant
branden.
Wanneer het laden is beëindigd, schakelt de acculader automatisch over op
conditieladen. Het accupack kan in de acculader blijven zitten en is zodoende
altijd gereed voor gebruik.
Storing
•
Waarschuwingsindicatie (4) brandt constant
• Accu-pack wordt niet geladen. Temperatuur te hoog / te laag. Als de tempe-
ratuur van het accu-pack tussen 0° C en 50° C ligt, begint het laden automa-
tisch.
Waarschuwingsindicatie (4) knippert
• Accu-pack defect. Accu-pack direct uit de lader halen.
• Accupack is niet correct op de schuifplaats (2) geschoven. Zie hoofdstuk 7.1.
Vertaling van de originele handleiding