9
NL
3.5 MONTAGE VAN DE ZIJDELINGSE
AFLAATDEFLECTOR
Monteer de veer (2) aan de binnenkant van de
deflector (1), door het uiteinde (2a) in de opening
te voeren en te draaien zodat zowel de veer (2) als
het uiteinde (2a) goed in hun respectieve zittingen
rusten.
Positioneer de deflector (1) tegenover de houders
(3) van het maaidek en draai, met behulp van een
schroevendraaier, het tweede uiteinde (2b) van de
veer (2) tot deze buiten de deflector komt te staan.
Steek de pin (4) in de gaten van de houders (3) en
van de deflector, doorheen de windingen van de
veer (2) tot het open uiteinde ervan helemaal uit de
meest interne houder komt
Steek de stift (5) in de opening (4a) van de pin
(4) en draai de pin voldoende om beide uiteinden
(5a) van de stift om te plooien (met be hulp van
een tang), zodat hij niet kan wegschuiven en wordt
voorkomen dat de pin (4) naar buiten steekt.
LET OP!
Waak erover dat de
veer op correcte wijze werkt en de deflector
stabiel op zijn plaats houdt in de lage stand,
en zorg ervoor dat de pin goed geplaatst is
en niet per ongeluk naar buiten kan steken
3.6 HERPOSITIONERING VAN DE ANTISCALP
WIELEN
Om transportredenen zijn de antiscalp wielen (1) in
het hoogste gat bevestigd.
2b
1
3
2b
1
4
3
2
4a
5
4
5a
1
2
2a
2
2
2b
1
3
2b
1
4
3
2
4a
5
4
5a
1
2
2a
2
2
2b
1
3
2b
1
4
3
2
4a
5
4
5a
1
2
2a
2
2
2b
1
3
2b
1
4
3
2
4a
5
4
5a
1
2
2a
2
2
1
2b
1
3
2b
1
4
3
2
4a
5
4
5a
1
2
2a
2
2
2b
1
3
2b
1
4
3
2
4a
5
4
5a
1
2
2a
2
2
Содержание SD 98-108
Страница 2: ......