INDICATIEVE TABEL VOOR DE KEUZE VAN DE LASPARAMETERS MET BETREKKING TOT DE MEEST
TYPISCHE TOEPASSINGEN EN DE MEEST GEBRUIKTE DRADEN.
7.1.3 Bruikbare gassoorten
Het MIG-MAG lassen wordt voornamelijk gekenmerkt door het type gebruikt gas, inert voor het MIG lassen (Metal Inert Gas),
actief voor het MAG lassen (Metal Active Gas).
Kooldioxide (CO2)
Bij het gebruik van CO2 als beschermgas worden er grote penetraties verkregen met hoge voortgangssnelheid en goede
mechanische eigenschappen gecombineerd met lage bedrijfskosten. Het gebruik van dit gas vormt desalniettemin aanzienlijke
problemen ten aanzien van de uiteindelijke chemische samenstelling van de lasnaden daar er makkelijk oxideerbare elementen
verloren gaan en, tegelijkertijd, het smeltbad met koolstof verrijkt wordt.
Het lassen met zuivere CO2 geeft ook andere problemen zoals bijvoorbeeld de te grote aanwezigheid van spatten en de vorming
van poreusheid door kooloxide.
Argon
Dit gas wordt zuiver gebruikt bij het lassen van lichtmetaallegeringen terwijl er voor het lassen van chroomnikkel roestvrij staal de
voorkeur gegeven wordt aan een toevoeging van zuurstof en CO2 in het percentage 2%, dit draagt bij aan de stabiliteit van de
boog en aan de beste vorm van de slak.
Helium
Dit gas wordt gebruikt in plaats van argon en zorgt voor grotere penetraties (op grote diktes) en grotere voortgangssnelheden.
Argon-Helium megsel
Hiermee wordt er een stabielere boog verkregen ten opzichte van zuivere helium en een grotere penetratie en een hogere snelheid
ten opzichte van argon.
Argon- CO2 en Argon- CO2-Zuurstof mengsel
Deze mengsels worden gebruikt bij het lassen van ijzerhoudende materialen vooral bij SHORT-ARC daar ze de specifieke warmte-
inbreng verbeteren. Dat wil niet zeggen dat het gebruik ervan bij SPRAY-ARC uitgesloten is. Gewoonlijk bevat het mengsel een
percentage CO2 van 8 tot 20% en een percentage O2 van ongeveer 5%.
85
Diameter draad – gewicht per meter
Boogspanning
(v)
0,8 mm
1,0-1,2 mm
1,6 mm
2,4 mm
Geringe penetratie voor
dunne werkstukken
60 - 160 A
100 - 175 A
Goede controle van de pene-
tratie en van de smeltin
Goede smelting horizontaal
en verticaal
Niet gebruikt
16 - 22
SHORT - ARC
24 - 28
SEMI SHORT-ARC
(Overgangszone)
30 - 45
SPRAY - ARC
120 - 180 A
Automatisch neergaand
lassen
250 - 350 A
Automatisch lassen met
hoge spanning
200 - 300 A
Automatisch
hoeklassen
150 - 250 A
Geringe penetratie bij
afstelling op 200 A
150 - 250 A
Automatisch lassen met
meervoudige doorgangen
200 - 350 A
Goede penetratie bij
neergaand lassen
300 - 500 A
Goede penetratie hoge afzetting
op dikke werkstukken
500 - 750 A
150 - 200 A
Niet gebruikt
300 - 400 A
Содержание NEOMIG 1600
Страница 137: ...137 1 1 1 1 1 1 NR10 1 1 2 1 2 1 3 1 4 EMC EN60974 10 1 4 1 1 4 2...
Страница 143: ...143 3 5 6 A1 MIG L1 4 TIG MIG 5 L1 L2 L2 L2 6 MIG...
Страница 144: ...144 7 7 1 MIG 7 7 7 1 1 SHORT ARC 2a 8 SHORT a SPRAY ARC b SPRAY ARC 2b 7 1 2 9 10 9 10 2a 2b...
Страница 149: ...149 Schema Diagram Schaltplan Sch ma Esquema Diagrama Schema kopplingsschema Oversigt Skjema Kytkent kaavio NEOMIG 1600...
Страница 150: ...150 Schema Diagram Schaltplan Sch ma Esquema Diagrama Schema kopplingsschema Oversigt Skjema Kytkent kaavio NEOMIG 2200...