Scheppach 5903801901, Руководство пользователя

Страница: 32 / 40

kelaar of het aansluiten van het apparaat op het stopcontact terwijl het
AAN staat, kan ongevallen veroorzaken.
d) De instelschroeven verwijderen voordat u het apparaat gebru-
ikt. Instelschroeven op de roterende onderdelen van het apparaat
kunnen letsel veroorzaken.
e) Gebruik geen overmatige bewegingen. Zorg dat u altijd een
stabiele en evenwichtige houding hebt. Dit betekent dat u betere
controle hebt over het apparaat in onvoorziene situaties.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen loszittende kleding of ju-
welen. Bescherm uw haar, kleding en handschoenen tegen draai-
ende delen. Loszittende kleding, juwelen of lang haar kan beklemd
raken in de draaiende delen.
g) Wanneer u apparaten gebruikt voor het aansluiten van stofaf-
zuigsystemen of absorberende uitrusting, moet u ervoor zorgen
dat ze correct zijn aangesloten en correct worden gebruikt. Het
gebruik van stoffilters kan risico‘s door stofvorming verminderen.
4 – Het apparaat gebruiken en onderhouden
a) Vermijd overmatig gebruik van het apparaat. Gebruik het ge-
schikte apparaat voor uw toepassing. Het juiste apparaat garandeert
betere en veiligere werkomstandigheden wanneer het wordt gebruikt
voor het beoogde doel.
b) Gebruik het apparaat alleen als het kan worden geschakeld van
de bedrijfsmodus naar de stopmodus en omgekeerd. Apparaten
waarvoor de bediening niet mogelijk is via de schakeling, vormen een
gevaar en moeten worden teruggestuurd voor reparatie.
c) Koppel de voedingskabel los voordat u het apparaat instelt,
een onderdeel vervangt of het apparaat opbergt. Deze veiligheids-
maatregelen beperken het risico op per ongeluk inschakelen van het
apparaat.
d) Houd ongebruikte apparaten uit de buurt van kinderen en laat
ze alleen bedienen door mensen die bekend zijn met het apparaat
of de bedieningshandleiding. Apparaten in de handen van niet-opge-
leide mensen, vormen een gevaar.
e) Het apparaat onderhouden Controleer het apparaat op onjuiste
uitlijning of blokkerende draaiende delen, afgebroken onderdelen
of andere omstandigheden die een negatieve impact hebben op
het apparaat. Beschadigde apparaten moeten worden gerepareerd
voordat u ze gebruikt. Heel wat ongevallen worden veroorzaakt door
slecht onderhouden apparaten.
f) Controleer of de snijdgereedschappen scherp en schoon zijn.
Zorgvuldig onderhouden gereedschappen met scherpe snijranden blok-
keren niet zo snel en zijn gemakkelijker te bedienen.
g) Het apparaat, de accessoires en de schuurschijven, enz. moe-
ten worden gebruikt in overeenstemming met deze handleiding en
rekening houdende met de bedrijfsomstandigheden en de uit te
voeren taken. Het gebruik van het apparaat voor taken die niet overe-
enkomen met de toepassing, kan leiden tot gevaarlijke situaties.
5 – Onderhoud en reparatie
a) Het apparaat mag alleen worden onderhouden en gerepareerd
door gekwalificeerd onderhoudspersoneel met originele reserve -
onderdelen. Dit garandeert de veiligheid van het apparaat.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN VOOR SCHUREN,
ZANDSTRALEN, METAALBORSTELEN, POLIJSTEN OF
SLIJPSCHIJVEN:
a) Dit elektronische apparaat werkt als een gereedschap. Lees
aandachtig de veiligheidsrichtlijnen, instructies, illustraties en
specificaties die bij het elektronische apparaat zijn geleverd. Het
niet naleven van de volgende veiligheidsrichtlijnen kan leiden tot een
elektrische schok, brand of ernstig letsel.
b) Taken zoals schuren, zandstralen, metaalborstelen en polijsten
mogen niet worden uitgevoerd met dit elektronische apparaat.
Taken buiten de toepassing van het apparaat, kunnen gevaar en letsel
veroorzaken.
c) Gebruik alleen accessoires die speciaal voor het apparaat zijn
vervaardigd en die zijn aanbevolen door de fabrikant. Het feit dat
een accessoire kan worden bevestigd aan uw elektronische apparaat,
biedt geen garantie op de apparaatveiligheid.
d) De nominale rotatiesnelheid van de accessoires moet overe-
enkomen met het maximale aantal toeren, als aangeduid op het
elektronische apparaat. Accessoires die worden gebruikt bij hogere
toeren dan de nominale rotatiesnelheid, kunnen breken en uit elkaar
springen.
e) De buitendiameter en de dikte van de accessoires moet binnen
de capaciteit van uw elektronische apparaat liggen. Accessoires
van andere groottes kunnen niet voldoende worden beschermd of
gecontroleerd.
f) De opspandoorn van de schijven, flenzen en slijpschijven,
evenals andere accessoires, moeten groot genoeg zijn om prob-
leemloos de doorn van het elektronische apparaat te accepteren.
Accessoires met een doornopening die niet geschikt is voor de doorn-
grootte van het elektronische apparaat, lopen niet vlot. Ze trillen steeds
meer waardoor u de controle verliest over het apparaatl.
g) Gebruik alleen onbeschadigde accessoires. Voordat u het
apparaat gebruikt, moeten de accessoires altijd worden gecontro-
leerd. Controleer de schuurschijven op losse splinters en bars-
ten, de slijpschijven op barsten en overmatige slijtage en kijk of
er geen losse of beschadigde kabels zijn. Als het apparaat of de
accessoires op de vloer vallen, moeten ze worden gecontroleerd
op schade en, indien nodig, moeten onbeschadigde accessoires
worden gemonteerd. Na het controleren en bevestigen van de
accessoires, moet u ervoor zorgen dat u en eventuele andere
aanwezige personen voldoende afstand houden van het oppervlak
van de roterende accessoires. Het elektronische apparaat moet
overigens gedurende één minuut draaien bij maximale snelheid
zonder belasting. Beschadigde accessoires breken doorgaans tijdens
deze testfase.
h) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen. Afhankelijk van
de toepassing, moet u gelaatsbescherming of een veiligheidsbril
dragen. Indien vereist moet u een stofmasker, gehoorbescher-
ming, beschermende handschoenen en een schort dragen als
bescherming tegen kleine deeltjes die vrijkomen tijdens het schu-
ren. De veiligheidsbril moet geschikt zijn als bescherming tegen kleine
rondvliegende deeltjes die worden geproduceerd tijdens verschillende
activiteiten met het apparaat. Het stofmasker of de ademhalingsuitrus-
ting moet kleine deeltjes die tijdens de verschillende activiteiten worden
geproduceerd, kunnen filteren. Als het menselijk oor gedurende een
langere periode wordt blootgesteld aan bijzonder luide geluiden, kan dit
gehoorbeschadiging veroorzaken.
i) Aanwezige personen moeten op een veilige afstand van het
werkgebied staan. Het werkgebied mag alleen worden betreden
met persoonlijke beschermingsmiddelen. Afval van het bewerkte
materiaal of van accessoires kan wegvliegen en letsel veroorzaken
binnen het directe werkgebied.
j) Houd het apparaat alleen vast bij het geïsoleerde deel van de
handgreep wanneer u werkzaamheden uitvoert tijdens welke het
gevaar bestaat dat u in een kabel die onzichtbaar is of in de kabel
van het apparaat zelf snijdt. Als u snijdt in een kabel die onder stroom
staat, worden ook de metalen onderdelen van het elektronische ap-
paraat onder stroom gezet en kan de gebruiker een elektrische schok
NL
32