NL
19
Een ander typische rede voor storingen is vonken. Een vonk verspreid een electromagnetische radiatie dat kan klinken
als ruis in een luidspreker of als een horizontale storing strepen in een TV beeld.
De zichtbare vonken op omheiningsdraden zijn tekens van slechte verbindingen. Zij veroorzaken storingen en voegen
weerstand tegen de omheining toe die zo zijn effect vermindert. Gebruik altijd juiste schakelaars bij het verbinden van
energiser met de omheining of het verbinden van draden met elkaar.
7. De bescherming tegen bliksemaanslag
Energisers van WZG zijn beschermd tegen overvoltage en de garantiedekking van WZG omvat ook bliksemschade.
Gezien het niet mogelijk is om een omheinig te bouwen, dat weerstand biedt aan alle mogelijke situtaies, is het wijs om
de WZG bliksemvanger te grbeuiken wanneer de omheining in zeer open grond gesitueerd is of als bliksemaanslag vaak
in het gebied voorkomt. Het is ook raadzaam om zowel de omheining als leidingen van energiser los te maken als u uw
elektrische omheining voor langere tijd ongebruikt verlaat.
8. De lamp van de indicator
In WZG 100, 300 en 600 is de indicatorlamp altijd aan wanneer het stimuleringsmiddel met een energiebron wordt
verbon
den en knippert ongeveer 45… 55 ker per minuut wat afhankelijk is van het model.
In WZG 950 knippert de indicatorlamp in de tijd van de impuls ongeveer 35..45 keer per minuut. In deze twee modellen
informeert de indicatorlamp ook de gebruiker over omheiningsvoltage door op verschillende manieren te knipperen.
- Als het omheiningsvoltage minstens 2500V is knippert de indicatorlamp eens tijdens de impuls.
- Bij dalingen van het omheiningsvoltage onder 2500V knippert de indicatorlamp tweemaal tijdens de impuls.
- Als het omheiningsvoltage zo laag is dat de omheining niet behoorlijk meer werkt en u de functie van de omheining moet
controleren, knippert de indicatorlamp drie keer tijdens de impuls.
Als de indicatorlamp niet werkt of het knippert op een van de verschillende manieren zoals hierboven vermeld,is de
energiser gebrekkig en zou terug naar de dienst moeten worden verzonden.
9. De vertoning van de informatie van de omheiningsenergizer van WZG 1000
De LCD vertoning toont de symbolen van drie omheiningsschakelaars:
Het voltage van de output (verwijst naar de schakelaar met een rode knop)
Het voltage van de terugkeer van de omheining (verwijst naar de schakelaar met een groene knop)
De terugkeer van de aarde (verwijst naar de schakelaar met een blauwe knop)
De energizer meet het maximumvoltage van de impuls op elke schakelaar. Het voltage wordt uitgedrukt in kilovolts (1
kilovolt = 1000 volts). Het voltage van de output en de terugkeer wordt ook grafisch getoond als kolom. Een volledig
donkere kolom wijst op volkracht; een lege kolom wijst op laag voltage.
Er zijn ook gezichtssymbolen die op de algemene kwaliteit als volgt van de omheining wijzen:
De omheining en het terugkeervoltage overschrijden 4.5 kV (1 kV = 1000 volts)
De terugkeervoltage van de aarde 0-0.2 kV
En terugkeervoltage 2-4.4 kV
De terugkeervoltage van de aarde 0.3-0.4 kV
De omheining en het terugkeervoltage zijn lager dan 2 kV
Het de terugkeervoltage van de aarde overschrijdt 0.4 kV
Een zuur gezicht knippert om de aandacht van de gebruiker te trekken.
De vertoning wijst ook op de hoeveelheid geladen energie. De energizer past zijn geladen energie volgens de
omheiningsvoorwaarden aan. De geladen energie varieërt afhankelijk van het model tussen 6 en 20 joule. De energie
wordt verhoogd wanneer de lading van de omheining stijgt.
Een verhoogd energieniveau wijst op problemen of verandering in de omheining.