32
1. Veiligheidsvoorschriften ......................................................................... 32
2. Installatieplaats ...................................................................................... 33
3. Het buitenapparaat installeren ............................................................... 35
4. Installeren van de koelstofleidingen ....................................................... 35
5. Installatie van Draineerbuizen ............................................................... 38
6. Elektrische aansluitingen ....................................................................... 38
7. Proefdraaien .......................................................................................... 40
Overzicht van meegeleverde onderdelen
Behalve deze handleiding worden de volgende onderdelen bij het buitenapparaat
geleverd. Ze worden gebruikt voor het aarden van de S-aansluitklemmen van de
aansluitblokken voor de transmissieleiding TB3 en TB7. Zie “6. Elektrische aanslui-
tingen” voor meer informatie.
Aardedraad (
×
2)
s
Lees alle “Veiligheidsvoorschriften” voordat u het apparaat installeert.
s
s
s
s
s
Stel de aanleverende instantie op de hoogte of vraag om toestemming
voordat u het systeem aansluit op het net.
Waarschuwing:
Beschrijft maatregelen die genomen moeten worden om het risico van ver-
wonding of dood van de gebruiker te voorkomen.
Voorzichtig:
Beschrijft maatregelen die genomen moeten worden om schade aan het appa-
raat te voorkomen.
1.2. Voor de installatie (verplaatsing)
Voorzichtig:
• Ga zeer voorzichtig te werk bij het verplaatsen van het apparaat. Het appa-
raat dient door twee of meer personen te worden getild, aangezien het 20 kg
of meer weegt. Til het apparaat niet op aan de verpakkingsbanden. Draag
beschermende handschoenen bij het uitpakken en verplaatsen van het ap-
paraat om te voorkomen dat u zich snijdt aan de vinnen of andere onderde-
len.
• Zorg dat het verpakkingsmateriaal op een veilige manier wordt weggewor-
pen. Verpakkingsmaterialen zoals klemmen en andere metalen of houten on-
derdelen kunnen snijwonden of ander letsel veroorzaken.
Inhoud
Waarschuwing:
• Het apparaat mag niet door de gebruiker zelf worden geïnstalleerd. Vraag de
dealer of een erkende installateur om het apparaat te installeren. Onjuiste
installatie van het apparaat kan leiden tot waterlekkage, elektrische schok-
ken of brand.
• Volg voor de installatie de instructies in de installatiehandleiding en gebruik
gereedschap en pijpmateriaal dat speciaal is gemaakt voor gebruik met R410A-
koelstof. De R410A-koelstof in het HFC-systeem wordt gebruikt onder een
1,6 maal grotere druk als normale koelstoffen. Wanneer niet voor R410A-koel-
stof ontworpen pijpdelen worden gebruikt en het apparaat onjuist wordt geïn-
stalleerd, kunnen de pijpen knappen waardoor schade of letsel kan ontstaan.
Daarnaast kunnen waterlekkage, elektrische schokken of brand optreden.
• Het apparaat dient volgens de instructies te worden geïnstalleerd om het
risico op beschadiging bij een aardbeving of storm te beperken. Een onjuist
geïnstalleerd apparaat kan vallen en schade of letsel veroorzaken.
• Het apparaat moet worden geïnstalleerd op een constructie die het gewicht
ervan kan dragen. Als het apparaat wordt geïnstalleerd op een instabiele con-
structie, kan het vallen en schade of letsel veroorzaken.
• Als het apparaat in een kleine ruimte wordt geïnstalleerd, moeten maatrege-
len worden genomen tegen het weglekken van koelstof. De concentratie weg-
gelekt koelstof in de lucht mag de grenswaarden niet overschrijden. Vraag
de dealer wat u tegen het overmatig weglekken van koelstof kunt doen. Als
de concentratie koelstof in de lucht te hoog wordt, kan zuurstofgebrek in de
ruimte optreden.
• Ventileer de ruimte als er koelstof weglekt wanneer het apparaat in werking
is. Als de koelstof in contact komt met vuur, komen giftige gassen vrij.
• De installatie van de elektrische onderdelen moet worden uitgevoerd door
een gediplomeerde elektriciën in overeenstemming met de lokale regelge-
ving en de instructies in deze handleiding. Installeer stroomonderbrekers en
zorg voor een juiste voedingsspanning. Sluit geen andere apparatuur aan op
de voedingsleidingen van de apparaten. Onjuist geïnstalleerde of ongeschikte
voedingsleidingen kunnen elektrische schokken of brand veroorzaken.
• Gebruik fosforhoudende, zuurstofarme, naadloze C1220-pijpen van koper of
koperlegeringen als koelstofpijpen. Als de pijpen onjuist worden aangeslo-
ten, is het apparaat niet goed geaard en kunnen elektrische schokken optre-
den.
• Gebruik uitsluitend de gespecificeerde kabels. De aansluitingen moeten ste-
vig vastzitten zonder spanning op de aansluitpunten. Onjuiste aansluiting of
installatie van de kabels kan leiden tot oververhitting of brand.
• Het deksel van het aansluitblok van het buitenapparaat moet stevig worden
vastgemaakt.
Bij onjuiste montage van het deksel kunnen stof en vocht in het apparaat
komen, wat een elektrische schok of brand kan veroorzaken.
• Gebruik bij het installeren of verplaatsen van het apparaat uitsluitend de ge-
specificeerde koelstof (R410A) voor het vullen van de koelstofpijpen. Meng
de koelstof niet met andere koelstoffen en let erop dat er geen lucht in de
pijpen achterblijft. In de leidingen achtergebleven lucht kan drukstoten ver-
oorzaken die kunnen leiden tot scheuren en andere problemen.
• Gebruik uitsluitend door Mitsubishi Electric goedgekeurde accessoires en
vraag de dealer of een erkende installateur deze te installeren. Onjuiste in-
stallatie van accessoires kan leiden tot waterlekkage, elektrische schokken
of brand.
• Breng geen wijzigingen aan aan het apparaat. Neem voor reparatie contact
op met de dealer. Onjuist uitgevoerde reparaties of wijzigingen kunnen lei-
den tot waterlekkage, elektrische schokken of brand.
• De gebruiker mag nooit proberen het apparaat zelf te repareren of te ver-
plaatsen. Onjuiste installatie van het apparaat kan leiden tot waterlekkage,
elektrische schokken of brand. Als het apparaat moet worden gerepareerd of
verplaatst, neem dan contact op met de dealer of een erkende installateur.
• Controleer na voltooiing van de installatie op koelstoflekkage. Als koelstof
naar de ruimte lekt en in contact komt met de vlam van een verwarmings- of
kookapparaat, komen giftige gassen vrij.
1.1. Voor de installatie
Voorzichtig:
• Gebruik het apparaat niet in bijzondere omgevingen. Installeer de aircondi-
tioner niet in ruimtes waarin deze wordt blootgesteld aan stoom, vluchtige
olie (inclusief machine-olie) of zwavelgas, gebieden met een zout klimaat zo-
als de kust of gebieden waar het apparaat kan worden bedekt door sneeuw,
omdat hierdoor de prestaties aanzienlijk kunnen verminderen en schade kan
ontstaan aan de interne onderdelen.
• Installeer het apparaat niet in ruimtes waar brandbare gassen worden gepro-
duceerd of kunnen lekken, stromen of samenstromen. Ophoping van brand-
bare gassen rond het apparaat kan leiden tot brand of een explosie.
• Het buitenapparaat produceert condens tijdens de verwarmingsfase. Zorg
voor afvoer rond het buitenapparaat als dergelijk condensvocht schade kan
veroorzaken.
• Houd rekening met geluid en elektrische stroringen bij installatie van het
apparaat in een ziekenhuis of communicatieruimte. Stroomomzetters, huis-
houdelijke apparaten, hoogfrequente medische apparatuur en radio-
communicatieapparatuur kunnen storingen in de airconditioner veroorzaken.
Omgekeerd kan de airconditioner storingen veroorzaken in medische appa-
ratuur, communicatieapparatuur en de weergave van beeldschermen.
• Controleer de dragende constructie en bevestiging van het buitenapparaat
regelmatig op loszitten, scheuren of andere beschadigingen. Als dergelijke
problemen niet worden verholpen, kan het apparaat vallen en schade of let-
sel veroorzaken.
• Gebruik geen water om de airconditioner te reinigen. Hierdoor kunnen elek-
trische schokken optreden.
• Trek alle flensmoeren aan tot het opgegeven aanhaalmoment met een moment-
sleutel. Bij overmatig aantrekken kan de flensmoer na enige tijd breken waar-
door koelstof kan weglekken.
1. Veiligheidsvoorschriften
Informeer de klant na voltooiing van de installatie over de “Veiligheidsvoorschriften”,
het gebruik en het onderhoud van het apparaat en laat het apparaat proefdraaien om
de werking ervan te controleren. Zowel de installatie- als de gebruikershandleiding
dienen ter bewaring aan de gebruiker te worden gegeven. Deze handleidingen die-
nen te worden doorgegeven aan latere gebruikers.
: Geeft een onderdeel aan dat geaard moet worden.
Waarschuwing:
Lees de stickers die op het apparaat zitten zorgvuldig.