Mitsubishi Electric MLZ-KA25VA, Руководство по установке

Страница: 33 / 124

33
180
mm
of
meer
Luchtuitlaat
175
11
2
180
mm
of
meer
Luchtinlaat
200 mm
of meer
Plafondoppervlak
(E)
Plafondoppervlak
Rooster Plafondoppervlak
(E)
(2)
(J)
(A)
(K)
(B)
( I )
( H )
( N )
( L )
( M )
(B)
(9)
(10)
(8)
(1)
1-4. SPECIFICATIES
*1 Gebruik een netschakelaar die voor stroomonderbreking een open stand heeft
met een opening van 3 mm of meer. (Als de stroom wordt uitgeschakeld,
moeten alle fasen onderbroken worden.)
*2 Gebruik draden die in overeenstemming zijn met ontwerp 60245 IEC 57.
*3 • Gebruik nooit leidingen die dunner zijn dan voorgeschreven. De weerstand
tegen druk is dan onvoldoende.
• Gebruik koperen leiding of naadloze leiding van een koperlegering.
• Let erop dat u de leiding tijdens het buigen niet plet of knikt.
• Bochten in de koelmiddelleidingen moeten een straal van minstens 100 mm
hebben.
‡,VRODWLHPDWLWWHEHVWHQGLJ VFKXLPSODVWLF PHW VSHFL¿HNH GLFKW -
heid
• Zorg ervoor dat u isolatie van de voorgeschreven dikte gebruikt. Te dikke
isolatie kan leiden tot onjuiste installatie van de binnenunit en te dunne isola-
tie kan het druppen van condens veroorzaken.
Model
Voedingsspanning *1 Bedrading *2 Leidingmaat (dikte *3)
Dikte isolatie *4
Nominale
spanning
Frequentie Verbindingskabel binnen/buiten Gas Vloeistof
MLZ-KA25/35VA
230 V 50 Hz 4-aderig 1,5 mm
2
ø9,52 mm
(0,8 mm)
ø6,35 mm
(0,8 mm)
14 mm
ø12,7 mm
(1,0 mm)
MLZ-KA50VA
1-5. INSTALLATIESCHEMA
Binnenuni
Huls voor
muurgat (J)
Afdekring voor muurgat (K)
Dicht het gat in de muur
af met kit (K).
Bevestig de leiding aan
de muur met bevesti-
gingsbandjes (L).
Snijd extra
lengte af.
Bevestigingsbandje
voor leiding (L)
Bevestigings-
schroef (M)
Het apparaat moet wor-
den geïnstalleerd door
een erkend specialist
en in overeenstemming
met de plaatselijke
vereisten.
Gebruik beslist huls (J) in het muurgat, om te voorkomen dat
de aansluitdraden naar binnen/buiten (D) contact maken met
metalen delen in de muur en dat ongedierte schade veroorzaakt
indien de muur hol is.
Buitenunit
TOEBEHOREN
Controleer voor het installeren of de volgende onder-
delen aanwezig zijn.
(1) Alkalinebatterij (AAA) voor (8) 2
(2) Afvoerslang (met isolatiemateriaal) 1
(3)
Speciale sluitring (met isolatiemateriaal,
4 stuks)
8
(4) Installatiesjabloon 1
(5)
Bevestigingsschroef voor (4)
M5 × 30 mm
4
(6) Bevestigingsbandje 1
(7) Bevestigingsschroef voor (6) 4 × 16 mm 2
(8) Afstandsbediening 1
(9) Houder voor afstandsbediening 1
(10)
Bevestigingsschroef voor (9) 3,5 × 16
mm (zwart)
2
NIET-BIJGELEVERDE ONDERDELEN
(A) Koelleiding 1
(B) VP20-afvoerleiding (buitendiameter 26) 1
(C) Installatiegereedschappen (Zie 1-3) 1
(D)
Verbindingskabel binnen- en buiten-
unit*
1
(E) Ophangbout (M10) 4
(F) 0RHUPHWÀHQV0 8
(G) Moer (M10) 4
(H)
Isolatiemateriaal voor (A)
(Hittebestendig schuimpolyethyleen,
VSHFL¿HNHJUDYLWHLWPHHUGDQ
14 mm dik)
1
(I)
Isolatiemateriaal voor (B)
6FKXLPSRO\HWK\OHHQVSHFL¿HNH
graviteit 0,03, meer dan 10 mm dik)
1
(J) Huls voor muurgat 1
(K)
Onderdelen voor dichtmaken
muurgat (stopverf, afdek-
plaat)
1
(L)
Bevestigingsbandje voor
leiding 2 tot
7
(M) Bevestigingsschroef voor (L)
2 tot
7
(N) Leidingtape
1 tot
5
* Opmerking:
Plaats de verbindingskabel (D) van de
binnen- en buitenunit minimaal op 1 m
afstand van de TV-antennekabel.
Onderhoudsruimte
• De afmetingen van de plafondopening kunnen worden aangepast
binnen de in de volgende tekening getoonde begrenzingen; plaats
de hoofdunit tegen de plafondopening en zorg er daarbij voor dat
de respectievelijke tegenover elkaar liggende zijden aan alle kanten
van de opening hetzelfde zijn.
Plaats na de lektest het isolatiemateriaal zodanig strak dat er
geen gat meer aanwezig is.
Wanneer u de leidingen wilt bevestigen aan een muur die metaal
(zoals tinnen bekleding) of metalen gaas bevat, plaats dan een
chemisch behandelde houten plaat van minstens 20 mm dikte
tussen muur en leidingen, of omwikkel de leidingen 7 tot 8 keer
met isolatietape.
Zorg dat de unit minimaal 30 minuten heeft gekoeld en is leegge-
pompt voordat u de oude airconditioner verwijdert. Pas de maat
van de optrompverbindingen aan aan die van de nieuwe koelstof.
175