42
43
Downslope:
De downslopetijd is ingesteld. Door de toorts-
schakelaar te activeren begint de downslope waardoor
de krater wordt gevuld. De stroom neemt af vanaf de
ingestelde stroom tot de eindstroom.
In 4-takt kan het lassen na de downslope worden voort-
gezet door de toortsschakelaar continue in te drukken.
De downslopetijd is in te stellen tussen de 0 en 10 sec.
Terugbrand:
De terugbrandfunctie voorkomt dat de lasdraad
aan het einde van de las aan het werkstuk blijft plakken.
De terugbrandtijd kan worden ingesteld tussen de 1 en
30 sec.
Gasnastroomtijd:
De gasnastroomtijd zorgt voor de bescherming van
het smeltbad na het lassen en koelt de toorts.
De gasnastroomtijd is de tijd van het doven van de boog
tot de gasstroom gestopt is. De tijd kan ingesteld worden
tussen 0,0 en 10,0 sec.
DUO Plus
TM
Rendement:
Wanneer DUO Plus
TM
actief is (de indicator is
ingeschakeld), is het mogelijk om het rendement van
de DUO Plus
TM
functie in te stellen. Het rendement kan
ingesteld worden van 0 tot 50 %.
Eindstroom:
De eindstroom is regelbaar tussen 0 en 100% van
de ingestelde lasstroom.
Puntlastijd:
Wanneer de puntlastijdfunctie actief is, stopt het
lassen bij het beëindigen van de puntlastijd automatisch.
Het is mogelijk door de toortsschakelaar te activeren, om
te stoppen met lassen voordat de puntlastijd beëindigd is.
Indien de puntlastijd gedurende het lassen afloopt, heeft
dit geen effect op de volgende las. De puntlastijd is in te
stellen tussen 0,0 en 50,0 seconden. Bij 0,0 is de functie
uitgeschakeld.
Gasregeling:
Het afstellen van de gasstroom is mogelijk als de
gasregeling IGC (Intelligent Gas Control) is gemonteerd.
De gasstroom is variabel tussen 0,5-27 l/min. De fout
wordt afgesloten door de gasstroom handmatig af te
stellen op 27 l/min.
Druk op het viertaktsymbool om te wisselen tussen
synergische en handmatige gasafstelling.
Als synergische gasafstelling wordt geselecteerd, wordt de
totale gasstroom in het linker en de procentuele afstelling
in het rechter display weergegeven. De gasstroom is
instelbaar tot ±50%.
Als de handmatige gasstroom wordt geselecteerd, wordt
de totale gasstroom in het rechter display getoond.
De gasstroom is variabel tussen 0,5-27 l/min.
In- en uitschakelen van de waterkoeling:
De waterkoelfunctie beschermd de watergekoelde
toorts. De waterkoeling wordt automatisch geactiveerd
wanneer het lassen gestart is en stopt automatisch
5 minuten nadat het lassen gestopt is. De waterkoeling
blijft tot 5 seconden na het wijzigen van het
lasprogramma geactiveerd. Om de koeling te activeren/
deactiveren moet het viertaktsymbool worden
ingedrukt en moet aan de besturingsknop voor
secundaire parameters worden gedraaid.
0 = Waterkoeling uitgeschakeld
1 = Waterkoeling ingeschakeld
Afstandsbediening:
Kies tussen interne en externe afstelling.
0 = intern
1 = toortsregeling
2 = afstandsbediening
Kabellengte compensatie:
Kies tussen standaard en kabellengte compensatie.
0 = standaard
1 = kabellengte compensatie
Afstellen van secondaire parameters MMA
Druk de besturingsknop net zolang in totdat de
gewenste parameter getoond wordt. Om terug te gaan
naar het standaard display moet de drukknop voor
booglengte of stroom/draadsnelheid/materiaaldikte kort
ingedrukt worden.
Arc-power (MMA):
De arc-powerfunctie wordt gebruikt om de lasboog bij
het MMA lassen te stabiliseren. Dit kan worden bereikt door
de lasstroom tijdens kortsluitingen te verhogen. De toegenome
lasstroom daalt wanneer deze kortsluitingen niet meer
aanwezig zijn. Arc-power kan worden ingesteld tussen 0 en
150%.
MMA-hotstart (MMA):
MMA-hotstart helpt bij het vormen van de boog wanneer
er met lassen wordt begonnen. Wanneer de elektrode het
werkmateriaal raakt, neemt de lasstroom automatisch toe.
De toegenomen startstroom wordt gedurende een vaste
tijd aangehouden om vervolgens te zakken naar de waarde
die is ingesteld voor de lasstroom. De hotstart-waarde is het
percentage waarmee de startstroom wordt opgevoerd ten
opzichte van de ingestelde stroom. Dit kan worden ingesteld
tussen 0 en 100% van de ingestelde stroom.
Afstandsbediening:
Kies tussen interne en externe afstelling.
0 = intern
1 = toortsregeling
2 = afstandsbediening
De afstandsbediening in MIG en de afstandsbediening in MMA
kunnen onafhankelijk van elkaar worden geconfigureerd.
In MMA kan een dialoogtoorts worden gebruikt als
afstandsbediening.
De aangepaste parameters worden intern in de machine
opgeslagen wanneer de machine wordt uitgeschakeld.
Tegelijkertijd wordt het nummer van het gebruikte programma
opgeslagen, zodat de machine met dat programma wordt
opgestart.
Blokkeer functie (onder secundaire parameters)
Blokkeren/deblokkeren secundaire parameters door het tegelijk
indrukken van 4-takt en de
V
toets
Lasspanningindicator
De lasspanningsindicator licht op uit veiligheidsredenen
en om aan te geven wanneer er spanning op de draad of toorts
staat.
Indicator voor oververhitting
De indicator voor oververhitting licht op wanneer het lassen
wordt onderbroken door oververhitting van de machine.
8
7
ADVANCED II besturingspaneel
9