Andere nuttige instructies
Reinigen en verzorging
Voor de beste resultaten en prettiger koken,
wordt u verzocht om de onderstaande
commentaren goed door te lezen.
Beste resultaten:
1. Wanneer de tijd wordt vastgesteld voor een
bepaald voedingsmiddel, begin dan altijd met de
minimum tijd. Tevens moet de conditie regelmatig
worden gecontroleerd. Voedsel kan makkelijk te
lang worden gekookt omdat microgolf-ovens zeer
snel werken.
2. Kleine hoeveelheden voedsel of voedingsmiddel met
een laag watergehalte kunnen uitdrogen. Worden
die te lang gekookt dan kunnen die zeer hard
worden.
Ontdooien van bevroren produkten:
1. Bevroren produkten kunnen direct in de oven
worden ontdooit. (Zorg er altijd voor dat eventuele
plastic bevestigingen of foelie wordt verwijderd.)
2. Ontdooien in overeenstemming met de “Tips voor
het Ontdooien” in dit handboek.
3. Bepaalde gedeelten van het voedsel zullen sneller
ontdooien dan de rest. Dek deze af met kleine
stukjes aluminium foelie. Hierdoor wordt het
ontdooiïngsproces vertraagd of geëlimineerd.
4. Sommige voedingsmiddelen mogen, voor bereiding
nooit geheel worden ontdooit. Voorbeelden:
vis wordt dermate snel gekookt dat het soms beter
is om hiermee aan te vangen terwijl de vis nog
gedeeltelijk bevroren is.
5. Het kan noodzakelijk zijn om de kooktijd van
bepaalde recepten te verhogen of te reduceren.
Dit is afhankelijk van de begintemperatuur van die
voedingsmiddelen.
OPMERKING:
De lucht uit de ventilatierooster kan gedurende het
koken, warm worden.
Bruinen:
Er is een beperkt aantal voedingsmiddelen dat niet
lang genoeg in de microgolf-oven wordt gekookt om
bruin te worden. Het kan dus noodzakelijk zijn om
extra kleur toe te voegen.
Met paprika en bruinings-middelen bewerkte gerechten
zoals Worcestershire saus kunnen worden gebruikt op
coteletten, vleespastijen en stukjes kip.
Braadstukken, gevogelte of ham die 10-15 min of
langer worden gekookt, zullen zonder extra
hulpmiddelen, bruin worden.
VOOR HET REINIGEN MOET DE OVEN ALTIJD ZIJN
AFGEZET.
Zorg ervoor dat de binnenkant van de oven schoon
en droog wordt gehouden. Als algemene regel, de
binnenkant na gebruik altijd reinigen.
BINNENWANDEN
Verwijder eventuele kruimels en voedselrestanten
tussen de deur en de oven met een vochtige doek.
Dit gedeelte moet zeer goed worden gereinigd zodat
de deur altijd goed kan worden gesloten. Ook moeten
vetspatten altijd met een in zeepsop gedrenkte doek,
worden verwijderd. Vervolgens drogen.
Nooit schurende middelen gebruiken waardoor de
gelakte oppervlakken van de oven kunnen worden
gekrast of beschadigd.
GIET NOOIT WATER IN DE OVEN.
ROLSTEUN
De rolsteun moet worden verwijder. Ook moet die
minstens éénmaal per week in heet zeepsop worden
gereinigd teneinde te voorkomen dat de rotatie van
de wieltjes door gestold vet, onmogelijk wordt
gemaakt.
DE DEUR
De deur en de afdichtingen moeten altijd schoon
worden gehouden. Gebruik uitsluitend warm zeepsop.
Vervolgens goed drogen.
GEBRUIK GEEN AGRESSIEVE OF BIJTENDE
MIDDELEN ZOALS SCHOONMAAKMIDDELEN OF
STAAL EN ZACHT PLASTIC MATERIAAL.
Metalen onderdelen kunnen makkelijk worden
onderhouden door die regelmatig met een vochtige
doek af te vegen.
BUITENKANT
Reinigen met een zacht zeepsop en warm water.
Afspoelen en drogen met een zachte doek. Nooit
schurende materialen gebruiken. Ook nooit water in
de roosters laten stromen. Als het snoer vuil wordt,
afvegen met een vochtige doek.
Gebruik geen stoomreinigers.
44