34
NEDERLANDS
Verbinden/ontkoppelen van een
geregistreerd apparaat
1
2
3
4
Kies de gewenste instelling.
• Voor het verbinden: Kies <Phone Connect>/
<Audio Connect> en ga vervolgens naar de
volgende stap.
*
• Voor het ontkoppelen: Kies
<Phone Disconnect>/<Audio Disconnect>.
5
Kies het geregistreerde apparaat dat u wilt
verbinden.
*
Indien er reeds een apparaat met het toestel is
verbonden, zullen <Phone Connect> en
<Audio Connect> niet verschijnen.
Het apparaat blijft geregistreerd, ook nadat u
het apparaat heeft ontkoppeld. Gebruik <Phone
Connect> (of activeer <Auto Connect>) om
hetzelfde apparaat de volgende keer te verbinden.
(
☞
bladzijden 58 en 59)
3
4
Voer een PIN-code (persoonlijk
identificatienummer)* voor het toestel in.
• U kunt ieder gewenst nummer invoeren
(1-cijferig t/m 16-cijferig).
*
Bepaalde apparaten hebben hun eigen PIN-code.
Voer de gespecificeerde PIN-code voor het
toestel in.
• Voor het wissen van een ongewenst cijfer, kiest
u een spatie.
5
begint te knipperen.
6
Bedien het gewenste Bluetooth apparaat.
(Terwijl “Open...” op de monitor wordt getoond.)
Voer dezelfde PIN-code in (als in de stap hierboven
ingevoerd) op de te verbinden apparatuur.
De verbinding is nu gemaakt en u kunt het
apparaat via dit toestel gebruiken.
kleurt blauw en de volgende icoon verschijnt zodra
de verbinding is gemaakt.
Verschijnt wanneer een Bluetooth telefoon is
verbonden.
Verschijnt wanneer een Bluetooth audiospeler
is verbonden.
Verschijnt wanneer een Bluetooth telefoon en
Bluetooth audiospeler zijn verbonden.
U kunt bepalen of een Bluetooth apparaat
automatisch moet worden verbonden wanneer het
toestel wordt ingeschakeld. (
☞
bladzijde 59)
NL_KD-AVX40_20[E]_2.indb 34
NL_KD-AVX40_20[E]_2.indb 34
2008.12.26 1:30:29 PM
2008.12.26 1:30:29 PM