![Homa Sanistar 1 Series Скачать руководство пользователя страница 21](http://html1.mh-extra.com/html/homa/sanistar-1-series/sanistar-1-series_installation-and-operation-instruction-manual_2147787021.webp)
21
De motor van de opvoerinstallatie heeft een in de
motorwikkeling ingebouwde warmtevoeler, welke bij
oververhitting cq. Overbelasing van de motor de pomp
via de besturing uitschakelt. Verder hebben de installaties
geen extra bescherming nodig. De elektrische aansluiting
dient in overeenstemming met de markeringen op de
kabel aangesloten te worden. Met stekker geleverde
opvoerinstallaties kunnen eenvoudig op het net
aangesloten worden.
Een externe storingsmelder kan aan de storingsmeldings
uitgang van de besturingskast aangesloten worden .
Max. Belasting: AC 250 V, 5 A, AC 1.
Start wijze
HOMA Afvalwater opvoerinstallaties zijn voor Direkt-Start
(DOL) gefabriceerd.
6.2. Elektronische schakelkasten
De bij de levering aanwezige schakelkast regelt en
bewaakt het funktioneren van de pomp en meldt de
eventuele storingen.
6.2.1 Sanistar enkel pompinstallatie
De keuzeschakelaar heeft onderstaande functies:
Bedrijfschakelaar
Stand “”Manu”
De pomp werkt permanent, onafhankelijk van het
vloeistofniveau in het reservoir. In deze stand moet de
schakelaar handmatig vastgehouden worden. Bij loslaten
springt de schakelaar in de “Aus/Off” stand.
Stand “Aus/Off”
De pomp is uitgeschakeld.
Stand “Auto”
De pomp werkt automatisch gestuurd, afhankelijk van het
vloeistofniveau in het reservoir.
Drukknop “Reset”
Deze drukknop dient voor het resetten van storingen en
het opnieuw inschakelen van de installatie.
Alarmsignaal-schakelaar
Stand “Ein”
Het alarmsignaal gaat af toont samen met de LED,s
“störung en “Alarm”
Stand “Aus”
Het alarmsignaal is uitgeschakeld
De gekleurde lichtdioden (LED) hebben de volgende
betekenis:
Gele LED ”fasevolgorde” (bij draaistroom)
Brand, wanneer fases van de netspanning verwisseld
worden. De pomp loopt dan met een verkeerde draairich-
ting, wat tot vermindering van de capaciteit en verhoogd
slijtage veroorzaakt. De LED brand niet wanneer bijv. na
uitwisseling van de pomp de aansluitkabel tussen motor
en besturingskast verkeerd aangesloten wordt en de
pomp daarom met verkeerde draairichting loopt. Daarom
dient men in alle gevallen de correcte draairichting van de
pomp te testen. De waaier moet van motorbovenzijde ge-
zien met de klok meedraaien. Bij het opstart van de motor
geeft de pomp een ruk tegen de klok in. Voor verwisse-
ling van de fasen bij verkeerde fasevolgorde zie punt 6.3.
Groene LED “Betrieb”
Brand, wanneer de pomp in werking is.
Rode LED “Störung”
-Continu signaal in verbinding met LED “Alarm”:
Branden störung- en alarm LED beiden continu, dan heeft
de thermische schakelaar de pompmotor wegens
oververhitting gevaar uitgeschakeld. Gelijktijdig gaat het
akoestisch alarm af, wanneer deze ingeschakeld is. Ook
wordt de eventueel aangesloten externe alarmmelder
geactiveerd. Nadat de motor afgekoeld is, reset u deze
storingsmelding door het indrukken van de “Reset” knop.
Wanneer de installatie daarna niet zonder problemen
werkt, neemt u dan contact op met onze service afdeling.
Rode LED “Störung”
- Knippersignaal
Knippert ter informatie 2 maanden voor de aanbevolen
jaarlijkse onderhoudstermijn is bereikt. Het signaal wordt
door de servicedienst na onderhoud gereset.
“Onderhoudssignaal” deactiveren:
De bedrijfsschakelaar in stand “Aus/Off” zetten en aan
sluitend de drukknop “Reset” indrukken. Na het loslaten
van de “Reset” drukknop brand voor ca. 1 seconde het
LED “Alarm”. Binnen deze tijd de bedrijfsschakelaar in de
stand “”Auto” zetten. Het onderhoudsignaal LED is
gedeactiveerd.
“Onderhoudssignaal” weer activeren (dit is alleen
door de klantendienst mogelijk)
De onderhoudteller in menu van het ServCom-diagnose
apparaat terugzetten. Aansluitend de bedrijfsschakelaar
in stand Äus/Off zetten en daarna de “Reset” knop
indrukken.
Aanwijzing voor de Klantendienst
“Onderhoudssignaal” deactiveren is vanaf versie 1.0d
van de besturing ( zie melding in menu van het ServCom
diagnose apparaat) mogelijk.
“Onderhoudssignaal” is gedeactiveerd, wanneer in
ServCom achter het versie-Nr. “!” verschijnt.
“Onderhoudssignaal” is geactiveerd, wanneer achter de
versie-Nr. het “!” ontbreekt.
Rode LED “Alarm”
-Continu signaal
Brand, wanneer het vloeistofniveau in het reservoir over
het alarmniveau stijgt. Gelijktijdig gaat het akoestisch
alarm af.
Ook wordt de eventueel aangesloten externe alarm -
melder geactiveerd. Brand gelijktijdig met het Alarm-LED
de groene LED “Betrieb”, dan werkt de pomp, maar krijgt
momenteel de hoge toeloophoeveelheid niet snel
genoeg weg. In dit geval wacht U tot de
toeloophoeveelheid geringer wordt. De alarmmeldingen
schakelen dan zelfstandig uit. Gebeurt dit niet, dan is er
een fout in de installatie. Stel u in verbinding met uw
klantendienst.
Rode LED “Alarm”
-Knipper signaal
Knippert het Alarm-LED , dan heeft de pomp meerdere
malen abnormaal lange pomptijden gehad.
Informeer uw klantendienst hierover.