HIKOKI AW 18DBL, Инструкция по эксплуатации

Страница: 58 / 300

58
Nederlands
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Voer de inspecties in onderstaande tabel uit als het gereedschap niet normaal werkt. Als dit het probleem niet oplost, contact
opnemen met uw dealer of het erkende HiKOKI onderhoudscentrum.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De motor werkt niet
wanneer aan de
trekschakelaar getrokken
wordt.
Er is geen batterij geïnstalleerd. Batterij installeren.
De schakelaar is ingesteld op „UIT”. Schakel de reiniger in.
De capaciteit van de batterij is laag. Laad de batterij op.
Het aan/uitlampje knippert
herhaaldelijk, en de reiniger
start niet.
De batterij is oververhit. Als er niets aan gedaan wordt, zal de
batterij automatisch beginnen met opladen
als de temperatuur zakt, maar dit kan de
levensduur van de batterij verminderen.
Het wordt aanbevolen de batterij te laten
afkoelen in een goed geventileerde, niet aan
direct zonlicht blootgestelde, plaats voordat
deze opgeladen wordt.
Het aan/uitlampje knippert
snel, en de reiniger start
niet.
Er is een probleem. Controleer en verwijder alle vreemde
materialen tussen de polen van de batterij
en de hoofdunit. Als het snelle knipperen
aanhoudt, neem dan contact op met een
door HiKOKI erkend servicecentrum voor
reparaties omdat de reiniger mogelijk het
probleem is.
Er wordt geen water
afgevoerd.
Waterdruk is laag.
Waterdruk is niet constant.
Waterafvoer is niet
normaal.
De motor is aan het
sputteren.
Het fi lter is verstopt. Reinig het fi lter, dat is ingebouwd in de
waterinlaat.
De spuitmond is verstopt. Reinig het einde van het mondstuk met de
meegeleverde mondstukreinigingsspeld.
De waterinlaatverbinding zit los. Controleer en zorg ervoor dat de
waterinlaatverbinding goed vast zit.
Er lekt water uit de hogedrukslang. ○ Controleer en zorg ervoor dat de
verbinding stevig vast zit.
○ Als de hogedrukslang beschadigd is,
neem dan contact op met een door
HiKOKI erkend servicecentrum voor
reparatie.
Er lekt water uit de hoofdunit of het
spuitpistool.
Neem contact op met een door HiKOKI
erkend servicecentrum voor reparatie.
Tankwatertoevoer De hoofdunit en tank zijn niet goed
aangesloten.
Controleer en zorg ervoor dat de hoofdunit
en tank goed zijn aangesloten.
Er is weinig water in de tank. Zet de hoofdschakelaar uit en vul
onmiddellijk het water in de tank bij.
De beschermdop van de tank is verstopt. Verwijder en reinig de beschermdop.
Kraanverbinding De hoeveelheid water of druk uit de kraan
is laag.
Controleer en zorg ervoor dat de slang een
passende binnendiameter heeft en dat deze
niet gedraaid is.
Open de kraan volledig.
Opgeslagen
watervoorraad
Er is niet genoeg aanzuigwater. Dompel de slang in het opgeslagen water
om de slang te vullen met meer water
(aanzuigwater).
Er is een groot hoogteverschil tussen
de waterinlaat en het oppervlak van het
opgeslagen water.
Plaats de reiniger binnen het bereik van de
maximum hoogte van de afzuiging.
De binnendiameter van de slang is niet
geschikt.
Gebruik een slang met een binnendiameter
van 7,5 – 9 mm.
0000Book̲AW18DBL.indb 58 0000Book̲AW18DBL.indb 58 2017/12/01 13:47:25 2017/12/01 13:47:25